Volop roosachtig fruit
De NatuurkalenderBericht uitgegeven door De Natuurkalender op zondag 23 augustus 2009
Eind augustus beginnen veel bekende Hollandse fruitsoorten te rijpen. Afhankelijk van het ras kunnen we in de nazomer en de herfst genieten van overheerlijk fruit van eigen bodem. Het grootste deel van de pruimen is al geoogst; de eerste appels en peren beginnen nu te komen.
Veel Nederlandse vruchten komen uit de rozenfamilie. In juni en juli hebben we al van de kersen kunnen genieten; augustus is de maand van de pruim. De meeste rassen zijn nu rijp of al over hun hoogtepunt heen. Alleen de kwets (zie foto rechts) komt nog. Deze iets minder bekende pruim is iets puntiger en iets minder zoet dan de gewone pruim. In Nederland vind je de kwets vooral in tuinen of boomgaarden met oud Hollands fruit; in Duitsland wordt hij grootschaliger geteeld voor de verkoop. De pruim (Prunus domestica) is een hybride tussen de sleedoorn (Prunus spinosa) en de kerspruim (Prunus cerasifera).
In Nederland is de appel (Malus domestica) het meest geteelde fruitgewas. Er zijn heel veel verschillende rassen die onder andere variëren in rijpingstijdstip en toepassing. De vroegste rassen, de zogenaamde zomerappels, zijn alweer van de boom af. De meeste rassen, waaronder ook de bekendere uit de groentewinkel en supermarkt beginnen nu te rijpen. Het hoogtepunt van de appeloogst ligt in september en oktober. De gecultiveerde appel komt van oorsprong uit de Balkan, zuidelijk Rusland en West Azië. Bij het ontstaan hebben verschilllende wilde soorten een rol gespeeld.
De peer (Pyrus communis) komt op de tweede plaats van populairste fruitsoorten in Nederland. De eerste rijpe vruchten zijn al klaar, maar net als bij de appel worden de meeste peren in september en oktober geplukt. Waarschijnlijk is de perenboom inheems in Nederland, maar de meeste exemplaren die je nu in het wild tegenkomt zijn verwilderde cultivars. Net als de appel is ook de gecultiveerde peer het resultaat van kruisingen tussen verschillende soorten.
Wat maakt een vrucht succesvol om te telen?
In de natuur komen natuurlijk duizenden soorten vruchten voor. Veel hiervan zijn ook voor de mens goed te eten (Natuurbericht ‘Wild zomerfruit'). Toch worden de meesten niet geteeld voor commerciële doeleinden. Er zijn verschillende eigenschappen die een vrucht succesvol maken om te telen. Allereerst natuurlijk de smaak, maar ook de grootte bepaalt of het de moeite waard is om een vrucht te kweken en te oogsten. Bij veel soorten zijn veredelaars erin geslaagd de vruchten veel groter te maken dan ze van nature waren. Daarnaast zijn houdbaarheid, transporteerbaarheid en of je de vrucht kan plukken voor hij helemaal rijp is belangrijke criteria.
Tekst en foto’s: Sara Mulder, De Natuurkalender