Gefluit in de nacht
Bericht uitgegeven door Natuurpunt Studie [land] op [publicatiedatum]
'Zjiiiiii - zjiiii', heb je het ook al gehoord als je 's avonds of 's nachts buiten loopt? Je kan dit ijle geluidje dezer dagen bijna de hele nacht door horen, van september tot diep in de winter, zowel boven stad als platteland. Al afgevraagd wie dit geluid produceert?
Het ijle 'zjiii' is het geluid van de Koperwiek. Dat is een lijsterachtige, nauw verwant aan onze Zanglijster. Hij lijkt er ook heel sterk op, al is hij ietsje kleiner. Koperwieken hebben een kastanjerode ondervleugel die ook zichtbaar is op de flanken. De typische borstvlekjes van een Zanglijster moet je bij een Koperwiek niet zoeken. Die heeft eerder vette strepen op de buik. En boven het oog zit een markante bleke wenkbrauwstreep.
De Koperwiek is een Noord-Europese soort die broedt in naald- en berkenbossen, maar je kan ze er ook in parken en tuinen aantreffen. Het zijn trekvogels, die tegen september aan verzamelen in enorme bendes in de bossen waar ze ook slapen. En dan komt het startschot. Massaal vliegen ze onze kant uit, op weg naar de zuidelijke helft van Europa; om er te overwinteren. Dit jaar barstte hun grote trek los in de tweede week van oktober, toen er ca. 60.000 werden geteld op de verschillende trektelposten. En ook de voorbije twee weken vloog de bende strak door. Dagelijks bemande telposten registreren momenteel 30.000 tot 45.000 vogels per week. En dan te weten dat dit slechts een fractie is van het totale aantal dat nu doortrekt.
Maar waarom roepen ze dan 's nachts? Koperwieken trekken graag 's nachts en oriënteren zich dan o.a. op de stand van de sterren. Omdat het sociale vogels zijn en ze zich dus ook graag samen verplaatsen, houden ze al roepend contact. Doel: bij elkaar kunnen blijven en vermijden dat ze tegen elkaar zouden aanvliegen. Ze vliegen daarom ook erg gespreid, telkens met een paar meter tussenafstand. Door regelmatig te roepen, weten ze waar hun soortgenoten zich bevinden. En net omdat Koperwieken doorgaans niet zo heel hoog overtrekken, kan je die nachtelijke contactroepjes goed horen. Soms kan je die groepjes 's nachts zelfs zien. Fervente vogelkijkers wagen zich wel eens aan 'moonwatchen': langdurig naar de maan turen in de hoop een groepje langsvliegende trekvogels te zien. Dat durft wel eens een vluchtje Kraanvogels opleveren. Maar de kans is veel groter dat moonwatchers nu Koperwieken zien passeren.
Koperwieken trekken trouwens niet uitsluitend 's nachts. Ook overdag, vooral in de vroege ochtend trekken ze over. In tegenstelling tot 's nachts, vliegen ze bij daglicht veel dichter bij elkaar. Het risico om tegen elkaar te 'botsen' is dan veel kleiner. Bovendien biedt zo'n dichte bende ook meer bescherming wanneer er een roofvogel zou opduiken. Een Sperwer of een Smelleken bijvoorbeeld, die samen met hun prooidieren naar het zuiden trekken.
Als ze neerstrijken, doen Koperwieken dat graag waar er een flinke voorraad bessen aanwezig is. Lijsterbes wordt erg gesmaakt, maar ook Duindoorn gaat vlot naar binnen. Anderzijds huppelen ze vaak over weides, of zitten ze midden in het bos waar ze in de humuslaag scharrelen. Kortom: een stevige wandeling tijdens deze herfstdagen staat haast garant voor een ontmoeting met een groepje Koperwieken. En kan je niet wachten tot morgen? Ga dan 's nachts eens even buiten staan: je zal vast snel kennismaken met hun roepje.
Tekst: Gerald Driessens, Natuurpunt Studie
Foto: Leo Janssen