Rups koolwitje overleeft de winter
De VlinderstichtingBericht uitgegeven door De Vlinderstichting [land] op [publicatiedatum]
De winter is normaal gesproken een rustperiode voor veel vlinders. Door het zachte weer, ondanks wat lichte nachtvorst vorige week, worden er momenteel opmerkelijke zaken gezien, zoals een rups van een klein koolwitje en nogal wat atalanta’s.
Bij het klaarmaken van de boerenkool die maandag, net voor de nachtvorst, was geoogst op de biologische stadsboerderij Caetshage in Culemborg, kwam er een rups tevoorschijn. Nu zijn er wel een aantal vlinders die als rups overwinteren, maar in dit geval ging het om een klein koolwitje, die normaal gesproken als pop de winter doorbrengt. Blijkbaar heeft een van de late vlindertjes in november nog eitjes afgezet op die boerenkool. Hoewel het een zachte winter is, is de temperatuur natuurlijk niet zo heel hoog, waardoor de rupsontwikkeling niet snel gaat. Zolang er geen flinke vorst is gaat die ontwikkeling wel gewoon door. De rups is nu dan ook al redelijk volgroeid en zal waarschijnlijk binnen een week of twee toch pop worden. Wanneer de vlinder tevoorschijn zal komen is nog onbekend. Je zou verwachten dat de poppen die al vanaf november aanwezig zijn eerder uit zullen komen dan dit nakomertje, maar zeker is dat niet.
Er zijn, naast rupsen, ook vlinders gezien in de afgelopen weken. Vooral de regelmatige meldingen van de atalanta, vroeger een echte trekvlinder die de winter in zuidelijker gebieden doorbracht, zijn het vermelden waard. Deze grote vlinder heeft geen winterslaap, maar blijft min of meer actief gedurende de hele winter. Als het te koud is om te vliegen zit hij stil, maar hij gaat niet diep in rust. Dit betekent wel dat hij flink energie verbruikt en dus moet kunnen bijtanken om voldoende brandstof te hebben om te overleven. Nu is daar deze winter ook in voorzien, want op veel plaatsen zie je nog bloeiende planten. Heel kieskeurig is hij niet in deze tijd en alle planten die nectar leveren worden bezocht. Ook voor de atalanta geldt dat een flinke koudeperiode funest kan zijn. Als we een aantal nachten een graad of tien vorst hebben zullen maar weinigen hier het overleven.
Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting