Steltlopergeweld
Sovon Vogelonderzoek NederlandBericht uitgegeven door SOVON Vogelonderzoek Nederland op [publicatiedatum]
Eind juli, begin augustus barst het steltlopergeweld echt goed los. De steltlopers zijn klaar met broeden in het hoge noorden en tanken in het waterrijke Nederland bij om vervolgens door te vliegen naar zuidelijke streken om te overwinteren.
Veel vogelaars, vooral diegenen die houden van steltlopers, kunnen de komende weken hun hart ophalen. Op elke geschikte plek kunnen nu steltlopers opduiken. Geschikte plekken zijn waterrijke gebiedjes met een lage waterstand (enkele centimeters) en veel slikranden. Daar houden steltlopers erg van. De kleiige bodem bevat massa’s kleine organismen die gretig verorberd worden door de vele steltjes.
In Noord-Holland zijn de zogenaamde ‘bollenveldjes’ erg populair bij steltlopers, en dus bij vogelaars. Op bollenveldjes hebben in het voorjaar bloemen gestaan en om te voorkomen dat de velden door aaltjes (kleine wormpjes) worden aangetast zet men er een laagje water op. Hierdoor verdrinken de aaltjes en blijft het veld geschikt om in het najaar weer nieuwe bloembollen voor het (voor)jaar te kunnen poten.
Veel vogelaars rijden dan ook van bollenveld naar bollenveld om te zien of er steltlopers aan het foerageren zijn. De samenstelling kan van uur tot uur verschillen (steltlopers komen en gaan) dus regelmatig checken loont.
Overigens is de eerste ‘knaller’ van de zeldzame steltlopers afgelopen weekend al gezien. In Rilland (net in Zeeland, in de buurt van Bergen op Zoom) werd de derde Amerikaanse oeverloper van ons land waargenomen. De Amerikaanse oeverloper lijkt behoorlijk op de in ons land algemenere oeverloper, maar heeft in zomerkleed een lichte snavelbasis, lichtere poten en duidelijke donkere vlekjes op de flanken en borst. Honderden vogelaars hebben deze superzeldzaamheid inmiddels waargenomen.
Tekst: Harvey van Diek, SOVON Vogelonderzoek Nederland
Foto van een gewone oeverloper: Koos Dansen