volgt

Eerste Wijtingen in ons land met nare parasiet: de Pieterman-tongbijter

Stichting ANEMOON
23-APR-2025 - In februari 2025 werd het eerste Nederlandse exemplaar gevonden van een nare visparasiet in de bek van een vis, vastgebeten in de tong. Opvallend is dat deze parasitaire zeepissebedden in ons land gevonden zijn in Wijtingen, maar zich onder andere in België vooral in Pietermannen vastbijten.

Op 6 maart 2025 plaatste Nick Peeters een bericht op Facebook met een foto van een pissebed in de bek van een Wijting. Het bleek te gaan om een jong exemplaar van Ceratothoa steindachneri, een zogenaamde vispissebed. Tot nu toe waren ze uit onze Noordzee alleen bekend van de Kleine pieterman. Zowel in Groot-Brittannië als België werden alleen geïnfecteerde exemplaren van deze vissoort gevonden. Dat deze pissebed nu in ons land in Wijting is aangetroffen laat zien dat de 'Pieterman-tongbijter' ook in andere vissen kan voorkomen.

Nare parasieten

Het geslacht Ceratothoa (uit de orde Isopoda) bestaat uit visparasieten. Wereldwijd zijn er ongeveer 25 soorten, die in ruim honderd verschillende vissoorten zijn aangetroffen. Deze parasieten bijten zich vast in de mondholte van de gastheer, vaak op de tong. De meeste soorten zijn te vinden in tropische en subtropische wateren. Bizar en extreem naar voor een getroffen vis is een infectie met een verwante soort, namelijk Cymothoa exigua (Echte tongbijter of Tongluis). Deze, onder meer in de Golf van Californië levende soort, doet zich na het binnenkomen in de mondholte tegoed aan het tongweefsel van de gastheer, waardoor de tong langzaam afsterft. De pissebed neemt vervolgens de taak van de tong over. Opvallend genoeg kan de gastheer zo blijven doorleven.

'Pieterman-tongbijter' (Ceratothoa steindachneri) vastgebeten in de tong van een Wijting

Besmetting in Zuid-Engeland

Tammy Horton noemt in 2000 in haar overzicht van de zeven soorten van het genus Ceratothoa uit Britse wateren alleen Ceratothoa steindachneri. Zij ontdekte dat vanaf de eerste vondst in 1996 meerdere populaties van de Kleine pieterman aan de zuidwestkust bij Plymouth besmet waren. Bij vervolgonderzoek van museumcollecties en visvangsten uit Britse wateren werden eerder alleen in de zuidwestpunt van Engeland parasieten gevonden. Het percentage geparasiteerde Kleine pietermannen liep indertijd op tot 30 procent. Inmiddels is deze parasiterende pissebed op meer plaatsen aan de zuidkust van Engeland gevonden en zeer recent (14-04-2025) werd in Kent aan de monding van de Thames een eerste vindplaats in de Noordzee gemeld.

Nu ook in Nederland

Uit Nederland werden tussen 30-12-2024 en 02-03-2025 zes vondsten gemeld op Waarneming.nl. Twee uit Zoutelande, de andere vier nabij de koelwaterinlaat van de kerncentrale Borssele. Hier vonden Koen van Tilburg en Arnoud van den Berg op 18-02-2025 een levende geparasiteerde Wijting. De foto hieronder is van direct na vangst. Het verzamelde dier werd opgenomen in de collectie van Naturalis en op 05-03-2025 gedetermineerd als het eerste bewezen exemplaar van deze soort voor Nederland. Opvallend genoeg komen de eerste Nederlandse meldingen dus niet uit Kleine pieterman, maar uit Wijting. Daarnaast zijn er ook pissebedden 'los' gevonden of gevangen.

Wijting met parasiet, gevangen op 18-02-2025 bij Borssele. Dit is nu het eerste bewezen exemplaar van Ceratothoa steindachneri in de collectie van Naturalis

Goed verstopt

De 'Pieterman-tongbijter' was wel in ons land te verwachten. Ingrid Jonckheere vond op 24 juli 2020 een los exemplaar van Ceratothoa steindachneri op het strand van Koksijde, België. Hier waren garnalenvissers (kruiers) aan het werk geweest, die zwemkrabben, platvisjes en enkele Kleine pietermannen op het strand hadden achtergelaten. Op 29 november kreeg ze van kruiers drie Pietermannen. Bij thuiskomst bleek één daarvan bloedsporen te vertonen op een kieuwdeksel. Bij controle vond ze in de bek geen parasieten. Toen ze de vis later met een stereomicroscoop bekeek, kroop er toch een pissebed uit de bek. Deze verplaatste zich redelijk snel via de bovenkant van de kop naar de plaats met bloedsporen en zette zich daar stevig vast in de huid. De tong bleek gaaf. De volgende ochtend bekeek ze de apart in schaaltjes gezette vissen nog eens. Groot was haar verbazing toen ze een tweede pissebed aantrof in de bek van dezelfde vis.

Levenscyclus

De levenscyclus van de leden van de familie Cymothoidae is lastig te bestuderen vanwege de slechte zichtbaarheid van de pissebedden gedurende een flink deel van de cyclus. De cyclus van C. steindachneri begint bij een volwassen vrouwtje met broedbuidel (zij is tot 23 millimeter lang). De bevruchte eitjes maken na het uitkomen enkele larvenstadia door, waarna het laatste stadium (manca genoemd) de gastheer verlaat. De jonge pissebed heeft zes paar looppoten en is dan tot 2 millimeter lang. Hij kan goed zwemmen, heeft grote ogen en gaat op zoek naar een gastheer. Na enkele vervellingen heeft de juveniele pissebed zeven paar looppoten in plaats van zes. Het is dan altijd een mannetje (tot 5,3 millimeter lang) dat via een kieuwdeksel in de mondholte van de gastheer terechtkomt. Daar leeft hij van bloed en weefselvocht. Na een nog goeddeels onbegrepen transitieproces groeit hij uit tot een vrouwtje. Soms zitten er twee of meer pissebedden in een gastheer, waarbij de aanwezigheid van een vrouwtje de geslachtsverandering van de mannetjes lijkt te remmen.

Wie is naarder of enger?

De vraag blijft nu wie er 'enger' is: de Pieterman-tongbijter of diens hoofdgastheer? Zowel de in wat dieper water voorkomende Grote pieterman (Trachinus draco), die tot 40 centimeter wordt, als de maximaal 18 centimeter wordende Kleine pieterman (Echiichthys vipera) horen tot de giftigste vissen in ons Noordzeegebied. Beide kunnen met hun gifstekels bij hun rugvin en kieuwdeksel pijnlijke steken veroorzaken. Garnalenkruiers en vissers weten dat maar al te goed. Badgasten wordt daarom aangeraden deze vissen niet vast te pakken en beter niet met blote voeten de zee in te gaan. De Kleine pieterman zit onder het zand begraven en je kunt er dus op stappen. Een steek veroorzaakt hevige, brandende pijn die zonder behandeling weken kan duren en nare klachten kan veroorzaken, waaronder hartkloppingen, koorts, duizeligheid en braken. De beste remedie is de wond zo snel mogelijk minstens een kwartier onder te dompelen in zo heet mogelijk water.

Geïnfecteerde Kleine pieterman, gevangen door een garnalenkruier in november 2020 bij Koksijde, België. Links: Tongbijter vastgebeten op kieuwdeksel. Rechts: tweede exemplaar vastgehecht in de mond van dezelfde vis

Oproep

De Tongbijters komen eraan! Ze kunnen in de Kleine pieterman zitten, maar zoals nu is gebleken dus ook in de Wijting. In de literatuur worden uit het Atlantisch gebied en de Middellande Zee nog andere gastheren genoemd. Daaronder zijn meerdere zeebaarzen, zoals de Zaagbaars (Serranus cabrilla), Bruine zaagbaars (Serranus hepatus) en Schriftbaars (Serranus scriba) en zeebrasems als de Zwartkopzeebrasem (Diplodus vulgaris) en de Geringde zeebrasem (Diplodus annularis).
Let er eens op! Wie weet hebben nog andere vissen uit ons Noordzeegebied last van deze parasiet.

Tekst: Peter Huwae en Rykel de Bruyne, Stichting ANEMOON, Strandwerkgemeenschap
Beeld: Ingrid Jonckheere (leadfoto: geïnfecteerde Kleine pieterman van de Belgische kust); Koen van Tilburg en Arnoud van den Berg; Ingrid Jonckheere. Met dank aan Hannco Bakker.

Naschrift: Na een vraag aan Ingrid Jonckheere hoe de vondsten de afgelopen jaren waren geweest, meldde zij dat in juni 2024 meer dan 80 procent van de door haar bekeken Kleine pietermannen van de Belgische kust besmet was.