
Brokstukken bij laatste restje dorp
Stichting ANEMOONUit Zeeland zijn via archeologisch onderzoek meer dan tweehonderd verdwenen dorpen bekend. De meeste verdronken in het stroomgebied van de Ooster- of Westerschelde. Ook Koudekerke (Coudekerk) op Schouwen-Duiveland hoort daarbij, een dorp uit de dertiende of veertiende eeuw, de tijd van de Zwarte Dood en de Tachtigjarige Oorlog. Alleen de kerktoren staat er nog. Deze 23 meter hoge toren van Nederlands kleinste kustplaats (nul inwoners) trekt jaarlijks ongeveer dertigduizend bezoekers. Je kunt hem beklimmen en binnenin is een informatiecentrum van Natuurmonumenten. Bij de Plompe Toren is alles bijzonder. Ook onder water.
Afbrokkelen
Plompe Toren staat ook al decennialang bekend als een duikplek. Tot de bekendste dieren onder water behoort de sierlijke en kleurige Brokkelster (Ophiothrix fragilis). Er waren altijd enorme 'levende tapijten' van deze dieren aanwezig. Wiebelend in de stroming, hun armen omhoog om voedsel te vangen. Honderden onderwaterfoto's zijn hier gemaakt. Maar de populatie ter plaatse lijkt nu af te brokkelen. Tot ongeveer 2019 was duikplek Plompe Toren nog beroemd/berucht om zijn miljoenen Brokkelsterren. Duikers die liever ook andere dieren wilden zien, kozen juist daarom soms voor andere duikplekken. Maar de laatste jaren worden dergelijke enorme aantallen niet meer waargenomen. En dat is opvallend, aangezien strenge winters, waar de dieren in het verleden gevoelig voor bleken te zijn, al jaren niet meer voorkomen.
Slangetjes
Anders dan de mollige Gewone zeester zonder duidelijk kop- of lijfgedeelte, is de Brokkelster een slangster. Slangsterren danken hun naam aan de vijf langzaam smaller wordende buisvormige armen, die doen denken aan wriemelende slangetjes. Er is een duidelijk lichaam in de vorm van een nogal platte centrale schijf. De Brokkelster is gemakkelijk van andere inheemse slangsterren te onderscheiden. De vijf armen zijn bedekt met grote en duidelijke stekels. Hoewel de vijfhoekige lichaamsschijf relatief klein is, met een doorsnede tot 2 centimeter, kunnen de armen tot 8 centimeter lang worden. Het kleurpatroon is variabel. Op de armen lopen vaak kleurbanden met kleuren variërend van groen en geel, via oranje, bruin, roze en rood tot paars. De centrale lichaamsplaat heeft meestal andere kleuren dan de armen. Egale dieren komen ook voor.
In stukken en brokken
Sommige Nederlandse namen worden al gebruikt in de 'Natuurlijke historie van Nederland' door J.A. Herklots (1859). Maar deze soort heette daar nog 'Broze stekelslangster'. De tegenwoordig gebruikte naam staat in elk geval al in 'Het Strandboekje van Heinsius & Jaspers uit 1913 – zoals wel meer treffende namen. Brokkelster wijst op de fragiele armen (pootjes) van het dier. Als je die vastpakt, breken er snel brokjes af. De wetenschappelijke naam geeft dit ook aan: fragilis is Latijn voor breekbaar. Gelukkig groeien bij zeesterren de poten weer aan.
Niet alleen bij Plompe Toren
Brokkelsterren leven op en tussen allerlei bodemsubstraat, op zowel hardere als zachte bodems. Meestal in het gebied beneden de laagwaterlijn, tot diepten van 350 meter of meer. Ze komen zowel in het Deltagebied als in de open Noordzee voor. Af en toe tref je op het strand een aangespoeld stuk (brood)spons aan met tientallen Brokkelsterren. En ook in eikapsels van de Wulk zitten ze soms. Maar vooral in Zeeland kom je ze echt regelmatig tegen. Duikend, snorkelend en nu en dan ook bij het stenen keren.
Opletten
Van algemenere soorten merk je pas dat ze achteruitgaan als je veel gegevens vergelijkt of/en als je er speciaal op gaat letten. Dat zagen we bijvoorbeeld ook bij de Grote heremietkreeft. Over het algemeen genomen is voor de Brokkelster in de Oosterschelde geen sprake van een afnemende trend. Een recente analyse door het CBS laat zelfs een toename zien. Maar dat betekent nog niet dat dit opgaat voor alle plaatsen op Nederlands grond- of zeegebied. De populaties bij Plompe Toren en ook bij duikplaatsen bij Burghsluis zijn duidelijk niet meer wat ze geweest zijn. Wat hier de reden voor is weten we op dit moment nog niet.
MOO-winterduikweekend
Van vrijdag 14 tot en met zondag 16 maart 2025 wordt op Schouwen-Duiveland weer een MOO-winterweekend voor duikende waarnemers gehouden. Doel is ook in deze periode voldoende waarnemingen te verkrijgen waarmee onder andere seizoenspatronen en populatietrends kunnen worden bepaald. Het zijn gezellige en leerzame weekenden met lezingen, gelegenheid om al dan niet zelfstandig duiken te maken en al je waargenomen soorten te bespreken met ervaren begeleiders. Meestal wordt ook bij en rond Plompe Toren gedoken. Dit keer gaat speciale aandacht naar de voorkomens van de Brokkelster. Want ook minder zeldzame soorten moeten we in de gaten houden. Anders moeten we het berouwen en vergaat het ons als in de legende De zeemeermin van Westenschouwen. Niemand zit toch graag onverwachts met de stukken en brokken?
Tekst: Rykel de Bruyne, Stichting ANEMOON
Foto's: Julia van Beinum (leadfoto: Links: Plompe Toren, het laatste dorp- en kerkrestant van de kleinste kustplaats van ons land. Rechts: duikers komen uit het water op hetzelfde kustgedeelte); Ruud Versijde; Marion Haarsma; Ron Offermans; Petra de Jong
Brokken
In heind' en ver, van hot naar her,
vind ik stukjes Brokkelster.
Want die tedere brokkenpiloten,
hebben kwetsbare gammele poten.
(Bron: Wurgworm watert wat)