Ruige dwergvleermuis

eDNA om aanwezigheid van vleermuizen of hun verblijven uit te sluiten, kan dat (al) wel?

Zoogdiervereniging
23-JAN-2025 - Snel en effectief vleermuisverblijven uitsluiten voordat werkzaamheden aan een gebouw starten. Die wens geldt voor zowel de verduurzaming middels isolatie als de bescherming van vleermuizen. Er wordt onderzoek gedaan naar de geschiktheid van het verzamelen van vleermuizen DNA om aanwezigheid uit te sluiten. De overheid wil deze methode snel in de praktijk toepasbaar maken. Maar kan dat (al) wel?

Een groot gedeelte van de vleermuizen in Nederland heeft gebouwen nodig voor hun verblijfplaatsen. Zonder vooronderzoek kunnen dergelijke (wettelijk beschermde) verblijfplaatsen bij werkzaamheden zoals na-isolatie onbedoeld verloren gaan. In 2023 stelde de Raad van State dat na-isolatie niet meer mocht worden uitgevoerd zonder onderzoek. Daarom wordt er momenteel onderzoek gedaan naar de effectiviteit en toepasbaarheid van het verzamelen van vleermuizen DNA uit de omgeving, de zogenaamde eDNA-methode (environmental DNA). De ontwikkeling van deze methode is nog in volle gang – er is nog veel onbekend en veel belangrijke afspraken zijn nog niet gemaakt. De Zoogdiervereniging vindt daarom dat het gebruik van deze methode nu nog niet mogelijk is. Om de methode snel toe te kunnen passen stelt de overheid een wijziging in de omgevingsregeling voor. Op deze wijziging kon worden gereageerd via een internetconsultatie. De Zoogdiervereniging heeft ook gereageerd. 

Gewone dwergvleermuis

Uitgangspunten

De Zoogdiervereniging vindt dat de wijziging van de Omgevingsregeling voor het aanwijzen van eDNA als erkende maatregel voor de zorgplicht in de Omgevingswet op de voorgestelde manier op dit moment niet kan worden doorgevoerd. De Zoogdiervereniging is voorstander van het zoeken naar kwalitatief hoogwaardige en navolgbare methodes voor het opsporen van vleermuisverblijfplaatsen die sneller en kostenefficiënter zijn dan de huidige methodes. Het belang om de isolatie-opgave uit te voeren staat wat de Zoogdiervereniging betreft niet ter discussie. De Zoogdiervereniging en andere vleermuisexperts hebben de verschillende knelpunten tussen verduurzaming en vleermuizen decennia geleden al gesignaleerd en gecommuniceerd. We zijn dan ook verheugd dat er veel aandacht is voor innovatie op dit vlak en zien dat we met elkaar op de goede weg zijn. 

Zienswijze van de Zoogdiervereniging

Waarom vindt de Zoogdiervereniging dat de wijziging Omgevingsregeling eDNA als erkende maatregel op de voorgestelde manier niet kan worden doorgevoerd?

  1. Het opnemen van een methode in een ministeriële regeling als erkende onderzoeksmethode veronderstelt de effectiviteit van deze methode. De onderbouwing van de effectiviteit van deze methode is onvoldoende en vormt daarmee een risico voor vleermuizen en projecten.
  2. De voorgestelde wijziging kent geen toepassingskaders voor het eDNA zoals gebouwtype, bemonsteringsplekken, vastgestelde periode, uitvoer, validatie en veel andere aspecten. De onderzoeken hebben niet voldoende gekeken naar alle mogelijke verblijfplaatsen en soorten gebouwbewonende vleermuizen. Tevens is er geen praktijkrichtlijn. Dit betekent onder andere dat er geen afspraken zijn over wat er moet gebeuren bij het vaststellen van afwezigheid of aanwezigheid van vleermuisverblijfplaatsen. Zonder praktijkrichtlijn is er risico op wildgroei en grote variatie aan wijze, locatie en moment van eDNA-bemonstering, waardoor uitkomsten niet navolgbaar zijn en projecten kwetsbaar zijn voor bezwaarprocedures.
  3. Het aantonen van aan- of afwezigheid van een vleermuis(verblijf) is in basis een ecologisch vraagstuk. De Zoogdiervereniging vindt dat bemonstering, rapportage en validatie moet worden uitgevoerd door een onafhankelijke partij met kennis van vleermuisecologie.
  4. De wijziging is slechts gebaseerd op enkele pilotonderzoeken. Van deze onderzoeken is er slechts één beoordeeld door een klankbordgroep. Er lijkt geen afstemming te zijn geweest tussen de onderzoeken en de laboratoria. Onafhankelijke experts zijn niet betrokken geweest bij de opzet van de overige onderzoeken en niet in de gelegenheid gesteld om de overige rapporten officieel te beoordelen. 

Omdat de Zoogdiervereniging veel punten signaleert waarop het huidige wijzigingsvoorstel onvolledig en op sommige punten zelfs onjuist is, kan de voorgestelde wijziging volgens de Zoogdiervereniging niet worden doorgevoerd.

Meer informatie

Tekst: Zoogdiervereniging
Foto's: Erik Broer (leadfoto: ruige dwergvleermuis)