Natuurjournaal 4 november 2024
Nature TodayDe klapekster kan je goed herkennen aan zijn zwarte boevenmasker. Je hebt de meeste kans om hem te spotten in opvallende uitkijkposten op heideterreinen en in hoogveengebieden, met een geleidelijke overgang naar (loof)bos. Het is bij ons vooral een wintergast, die bekend staat om zijn bijzondere eetgewoontes. Men noemt de klapekster namelijk ook wel 'de beenhouwer onder de zangvogels'. Hij is niet veel groter dan een merel, maar wel een geduchte jager. Muizen, kikkers, kevers, vogels en andere kleine dieren doodt hij met een beet in de nek of een klap op de schedel. Vervolgens peuzelt hij zijn prooi niet meteen op, maar brengt zijn buit naar een doornstruik of een stuk prikkeldraad. Daar spietst hij het kadaver, zodat hij het in delen kan opeten. Zijn poten zijn niet sterk genoeg om de prooi aan stukken te rijten en hij maakt dankbaar gebruik van de scherpe punt. Zo kan hij heerlijk genieten van een muizensateetje.
In Zeeland, Noord-Brabant en Limburg vind je de ondergrondse woelmuis. Woelmuizen herken je aan hun gedrongen, ietwat lompe bouw en hun stompe kop met kleine ogen en oren. Anders dan bij andere muizen is bij woelmuizen de staart korter dan het lichaam. De ondergrondse woelmuis leeft voornamelijk ondergronds en kan dan ook goed graven. De ondergrondse gangen liggen maximaal dertig centimeter diep. Hier slaat deze muis zijn voedsel op en bouwt er een nest van gras, mos en wortels. De ingangen van het gangenstelsel worden bij slecht weer afgesloten. Onder gunstige omstandigheden kan de ondergrondse woelmuis zich het hele jaar voortplanten.
Tekst: Ineke Radstaat, Nature Today
Foto's: David Jansen, Waarneming.nl; Vojtěch Zavadil, Wikimedia Commons