Geheimen rondom vestiging van de Diadema zee-egel bij Saba blootgelegd
Dutch Caribbean Nature Alliance (DCNA)Het onderzoek werd uitgevoerd door van Hogeschool Van Hall Larenstein en Wageningen University & Research. Om een beter inzicht te krijgen in het vestigen van de Diadema zee-egel (Diadema antillarum) heeft het RAAK PRO Diadema project op negen locaties rond Saba larvenverzamelaars ingezet en deze tussen juni 2019 en juli 2020 gemonitord. Het doel was om vast te stellen wanneer en waar de larven van de zee-egels zich het vaakst vestigden. De belangrijkste bevindingen waren onder meer de identificatie van seizoensgebonden vestigingspieken en de documentatie van de hoogste vestiging van Diadema antillarum-larven in juni en juli. Bovendien ontdekten de onderzoekers een interessante ruimtelijke verdeling, waarbij de meeste larven zich vestigen aan de lijzijde (westelijke) kant van het eiland, waar het water rustiger is, vergeleken met de loefzijde (oostkant), die meer wordt blootgesteld aan ruige omstandigheden. Tenslotte heeft de studie het belang van hydrodynamica enadrukt, waarbij werd opgemerkt dat de kalmere, beschutte wateren aan de lijzijde waarschijnlijk de vestiging vergemakkelijken, terwijl de turbulente omstandigheden aan de loefzijde dit remmen.
Waarom is dit belangrijk?
Diadema antillarum speelt een cruciale rol bij het behoud van de gezondheid van Caribische koraalriffen, omdat ze grazen op algen die anders koraal zouden kunnen overgroeien. De massale sterfte van deze zee-egels in 1980 droeg bij aan de dramatische achteruitgang van de gezondheid van koraal in het Caribisch gebied, omdat algen ongecontroleerd konden groeien. Slechts een klein percentage van de populaties Diadema antillarum heeft zich in de decennia daarna hersteld, wat aanleiding geeft tot de noodzaak van actief herstel van de soort. Inzicht in de vestigingspatronen van deze zee-egels is belangrijk voor effectieve herstelinspanningen. Door vast te stellen wanneer en waar larven zich het meest waarschijnlijk zullen vestigen, kunnen natuurbeschermers zich op deze gebieden richten voor bescherming en herstel. Larven die zich hebben gevestigd worden verzameld of kunnen in kwekerijen worden gekweekt om later opnieuw te worden uitgezet.
Implicaties voor het Nederlands Caribisch gebied
De bevindingen van Saba vormen een blauwdruk voor soortgelijke inspanningen in de Nederlandse Cariben. De identificatie van hoge nederzettingsgebieden aan de lijzijde van Saba suggereert dat andere eilanden met vergelijkbare hydrodynamische omstandigheden ook optimale gebieden kunnen hebben voor de vestiging van deze zee-egel. Deze kennis kan helpen bij:
Herstelplanning: Door de herstelinspanningen te concentreren op de lijzijde van eilanden waar larven zich vaker vestigen, kunnen natuurbeschermers het herstel van de Diadema antillarum populaties bevorderen.
Gezondheid van koraalriffen: Verhoogde populaties van Diadema antillarum kunnen de gezondheid van koraal verbeteren door de algengroei te beheersen, waardoor betere omstandigheden worden bevorderd voor koraallarven om zich te vestigen en te groeien.
Duurzame praktijken: De methoden van het onderzoek kunnen worden gekopieerd in andere delen van het Caribisch gebied om zee-egelpopulaties te monitoren en te ondersteunen, wat helpt bij het bredere doel van rifherstel.
Het voortzetten van onderzoek en monitoring, vooral in het licht van recente sterfte in 2022, is van vitaal belang. Dat helpt niet alleen om de dynamiek van zee-egelpopulaties te begrijpen, maar ook om te zorgen dat herstelactiviteiten tijdig en effectief zijn. Dat draagt uiteindelijk bij aan de veerkracht en duurzaamheid van koraalrifecosystemen in het Caribisch gebied en daarbuiten.
Meer informatie
Lees het volledige rapport.
Tekst: Dutch Caribbean Nature Alliance
Foto's: Hans Leijnse; Oliver Klokman