Robbenoordbos, altijd een oord voor paddenstoelen!
Nederlandse Mycologische VerenigingKostgangers
De parasitaire Kostgangerboleet (Pseudoboletus parasiticus) vind je vrijwel nooit alleen. Deze kleine boleet is meestal met meerdere exemplaren tegelijk te vinden, uitsluitend op Gele aardappelbovisten (Scleroderma citrinum). De Kostgangerboleet is een kleine boleet met een breedte tot circa 60 millimeter. De viltige hoed is bruin, geelbruin tot olijfbruin, soms wat onregelmatig geelgroen gevlekt op een bruine ondergrond. Bij ouderdom ontstaan barstjes in de hoedhuid waardoor het bleekbruine vlees zichtbaar wordt. De gele, vrij grote buisjes zijn aangehecht met een aflopend tandje. De poriën zijn relatief groot, rond tot hoekig en tot 1 millimeter in doorsnede. Ze zijn geelachtig, net als de hoed en de vezelige steel. Deze laatste is cilindrisch en vaak wat krom naar de voet. De Kostgangerboleet leeft parasitair op Gele aardappelbovisten, maar vormt mogelijk ook symbiose met loofbomen. De steel zit stevig verankerd aan de onderkant van de Gele aardappelbovist.
Ecologie & verspreiding
De Kostgangerboleet parasiteert op de Gele aardappelbovist, zeer zelden ook op de Wortelende aardappelbovist (Scleroderma verrucosum), waarmee de soort een bijzondere parasitaire relatie onderhoudt. De kostgangerboleet komt voor in gemengde bossen en loofbossen op droge tot vochtige, gematigd voedselarme grond, maar ook op venige en lemige bodems waar de soort soms met meerdere exemplaren tegelijk op aardappelbovisten kan worden gevonden. De Kostgangerboleet is een algemene soort in de duinstreek en op de hoge zandgronden. Ze schijnt wel gevoelig te zijn voor verzuring en vermesting. De paddenstoelen worden soms jaren op dezelfde locaties aangetroffen. Kostgangerboleten komen wijd verspreid in Europa voor en worden ook gemeld van Noord-Amerika en Noord-Afrika.
Tekst: Martijn Oud, Nederlandse Mycologische Vereniging
Foto’s: Piet Brouwer (leadfoto: Kostgangerboleet)