Natuurjournaal 30 mei 2024
Nature TodayAls je vaak ’s avonds in de schemering nog een rondje loopt, heb je misschien de driftig rondzoemende gamma-uilen alweer gezien. Dit is een trekvlinder uit Zuid-Europa die soms in grote aantallen naar Nederland vliegt, zoals ook vorig jaar. De rupsen komen aan het eind van de zomer uit en de nieuwe generatie vlinders vliegt terug naar het zuiden. Dit jaar zijn er al vroeg in het jaar veel gamma-uilen, het zou zomaar kunnen dat een deel daarvan als rups of pop hier heeft kunnen overwinteren. Gamma-uilen vliegen ook overdag en ze worden veel in tuinen en in stedelijke omgeving gezien. Ze zijn grijs of bruin getekend met een y-vormige, witte vlek (de gamma). Door het driftige gefladder denk je misschien aan een kolibrievlinder. Maar die hebben oranje vleugels, zijn anders van vorm en hangen in de lucht een stuk van de bloem af, die ze met hun lange roltong leegzuigen. De gamma-uil hopt van bloem naar bloem, maar houdt zich wel overal eventjes vast.
Een vleermuis die wel raad weet met nachtvlinders is de gewone grootoorvleermuis. Veel nachtvlinders kunnen namelijk de echolocatiegeluiden van vleermuizen horen en laten zich dan snel vallen om niet als vliegend buffet te eindigen. Maar grootoorvleermuizen maken fluisterzachte geluiden en kunnen met hun buitenmaatse oren ook ritselende insecten horen. In een langzame, fladderende vlucht verschalken ze zo nachtvlinders maar ook kokerjuffers, hooiwagens, oorwormen, kevers, vliegen en langpootmuggen. Ook op een struik of boom zijn de prooien niet veilig, want de grootoorvleermuis jaagt ook op zicht en plukt ze zo van hun zitplaats. Ze komen voor in bosrijke gebieden. Daar wonen groepjes vrouwen nu samen in kleine kraamkolonies – zowel in holle bomen en vleermuiskasten als in gebouwen – waar aan het begin van de zomer de babygrootoortjes worden geboren.
Tekst: Nienke Lameris, Nature Today
Foto's: Gertjan van Noord, Flickr; Rick Sharloch, Flickr