Natuurjournaal 15 november 2023

Een bijzondere paddenstoel, de speldenprikzwam. Bij de naam kan je je wel wat voorstellen: het is net alsof iemand met een speld gaatjes in de witte hoed heeft geprikt. De grote speldenprikzwam (groot is betrekkelijk, het hoedje wordt niet veel groter dan een dikke centimeter) komt voor op mest van planteneters. De meeste worden gevonden op paardenmest, maar ze groeien ook op keutels van konijnen, hazen, herten en schapen. Dit bijzondere paddenstoeltje heeft ook nóg een kleinere variant: de kleine speldenprikzwam. Ook die groeit op paardenvijgen en andere keutels. De kleine speldenprikzwam komt vooral voor in de kustduinen. De grote groeit daar ook en op zandgrond in het binnenland.

Waarschijnlijk is de gele aardappelbovist een van de bekendere soorten paddenstoelen. Het ding lijkt sterk op een aardappel en is zeer algemeen. Behalve in de kleigebieden kan je hem overal in Nederland vinden. Als de sporen eenmaal rijp zijn, barst deze bovist aan de bovenkant open, waardoor je de bruine sporenmassa kan zien. Het is heel leuk om er dan een keer tegenaan te stoten, waardoor er grote wolken sporen vrijkomen. Normaliter gebeurt dat op natuurlijke wijze door bijvoorbeeld een vallende tak, een dier dat erop gaat staan of de wind die vat krijgt op de binnenkant. Als er regen in het bolletje komt, dan is het gedaan met dat stuiven en wordt het een natte smurrie.

Tekst en foto’s: Mike Hirschler, IVN