Natuur op de stoep: Deens lepelblad
Hortus botanicus LeidenAls u auto rijdt, zijn de kleine witte bloemen die in overvloed langs de weg bloeien van april tot juni u vast niet ontgaan. De vijf tot vijfentwintig centimeter hoge plantjes bedekken op dit moment grote stroken grond langs de snelwegen in Nederland. Vanuit de auto zie je een waas aan lage kleine witte bloempjes. Mijn dorp ligt aan een provinciale weg met een fietspad ernaast. Langs het fietspad groeit Deens lepelblad gelukkig ook uitbundig. Daar kan ik er veilig(er) naar kijken. Deze plant maakt gebruik van deze strook langs de weg omdat andere planten haar daar niet in de weg zitten. Ze heeft er geen concurrentie en overheerst. De meeste andere planten kunnen namelijk niet tegen de hoge concentratie zout langs de rand van de weg die daar ontstaat vanwege het strooizout. Tijdens de lente en zomer spoelt dat zout weg. Dan moet Deens lepelblad weer plaats maken voor andere plantensoorten. Ze heeft dan gelukkig al haar zaadjes al klaar en kan rustig wachten tot de strooiwagens weer aanrukken in de winter.
Deens lepelblad herkennen
Deens lepelblad kan je herkennen aan haar driehoekige tot hartvormige blaadjes met drie tot zeven lobben. Vanuit een rozet op de grond lopen één of enkele stengels met blaadjes en soms vertakkingen. Aan het eind van een stengel ontstaat een pluim van bloemen die je kan bewonderen van april tot juni. De witte bloemetjes hebben allemaal vier blaadjes. Als de plant is uitgebloeid en is bevrucht door zichzelf, bijen of vliegen, dan ontstaat er een doosvrucht. Die heeft de vorm van een bolletje en springt open in twee helften met een vliesje ertussen. De kleine zwarte zaadjes springen eruit van april tot half juli maar ontkiemen pas in de herfst.
Zoute buren
In de jaren 70 rukte Deens lepelblad (Cochlearia danica) vanuit de kust op langs onze wegen. Nu kan je haar verspreiding letterlijk langs een kaartje van onze snelwegen leggen. Deze plant is overigens een rasechte inheemse Nederlandse plant samen met haar zus echt lepelblad (Chochlearia officinalis). Echt lepelblad is helaas een bedreigde plantensoort. Die zul je dus niet snel tegenkomen. Oorsponkelijk groeide Deens lepelblad alleen langs de kust van West-Europa en het Oostzeegebied. Daar groeit ze in slikken, op schorren en in het duin samen met andere zoutminnende planten zoals zeekraal, zeevetmuur en hertshoornweegbree.
Samen zijn deze planten indicatorsoorten voor specifieke soorten zoute slikken en schorren. Dat zijn stukken land die onder water komen te staan bij hoog of springtij en weer droogvallen bij laagtij. Die slikken en schorren zijn beschermde natuur volgens de Natura 2000-wetgeving. Zoals te lezen op de Nederlandse website: "Natura 2000 is een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden. In deze Natura 2000-gebieden worden bepaalde dieren, planten en hun natuurlijke leefomgeving beschermd om de biodiversiteit (soortenrijkdom) te behouden." Als Deens lepelblad ergens groeit, is dat dan een signaal dat je misschien in een beschermd natuurgebied bent? Zouden onze bermen dan misschien ook beschermd natuurgebied moeten zijn?
Beschermde natuur langs de weg
Het strooizout is de reden dat Deens lepelblad langs de weg groeit. Stel dat we een nieuwe manier uitvinden om onze wegen ijsvrij te houden en stoppen met zout strooien, dan verdwijnt Deens lepelblad weer langs de wegen. Dan groeit hij weer alleen op kleine stukken langs de kust. Zo zijn er meer planten die alleen of voornamelijk in putten, op muren, kades of langs de straat groeien omdat wij die stenen daar hebben neergelegd. Deens lepelblad, muurvaren, muurbloem en sommige andere planten zijn voor een deel afhankelijk van de mens.
De natuur die door ons ontstaat langs wegen en steden, is een eigen soort gemeenschap van planten maar ook insecten en andere dieren. Steeds meer wetenschappers kiezen ervoor om die fascinerende stadsnatuur te bestuderen. Er zijn bijvoorbeeld al talloze voorbeelden van evolutie in steden van over de hele wereld. De stadsnatuur past zich voortdurend aan, aan onze invloed. Daarnaast leeft 74 procent van de inwoners van Nederland in de stad en lijkt de natuur steeds verder van ons af te staan. Het is dus zaak meer te leren en om in de toekomst stadsnatuur mee te nemen in onze plannen voor natuurbescherming. Niet alleen vanwege de biodiversiteitscrisis maar ook voor de leefbaarheid van de stad. Een wijk met betonnen dozen klinkt toch een stuk fijner als daar ook planten, vlinders, bijen en vogels in leven.
Ontdek het zelf
Neem eens de tijd om de natuur rond jouw huis of wijk te ontdekken. Daarvoor hoef je niet met een schip naar de Noordpool af te reizen. Voer je waarnemingen van planten in op Stoepplantjesonderzoek.nl. Ook in de stad kan je op sommige plekken Deens lepelblad vinden waar flink gestrooid wordt in de winter. Als je ze bekijkt langs een weg, denk aan je eigen veiligheid en blijf goed op het verkeer letten.
Er is tot nu toe nog maar één Deens lepelblad ingevoerd voor het Stoepplantjesonderzoek. Met jouw waarnemingen doen wij onderzoek naar de soortenrijkdom en biodiversiteit van steden in Nederland. Op de website staan ook veel tips over het leren herkennen van planten. Met de app ObsIdentify kan je bijvoorbeeld via een foto planten maar ook insecten en paddenstoelen automatisch herkennen. Zo draag je bij aan onderzoek op steenworp afstand van huis of verder weg.
Meer informatie
• Meer over stoepplantjes en stadsnatuur lees je op de site van de Hortus botanicus Leiden.
• Deens lepelblad staat op de stadsnatuurzoekkaart van het Natuurhistorisch in Rotterdam.
• Bekijke een animatie over de verspreiding van Deens lepelblad langs de snelwegen, op de onvolprezen website Stadsplanten.
Tekst: Nienke Beets, Hortus botanicus Leiden
Foto's: Hanneke Jelles, Hortus botanicus Leiden (leadfoto: Deens lepelblad langs een provinciale weg);