De pandemie, de 'antropauze' en onze wateren: wat kunnen we ervan leren?
Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW)Ook op de Amsterdamse grachten lagen na het begin van de coronamaatregelen op 15 maart 2020 rondvaartboten en andere recreatievaartuigen grotendeels stil. Dat bevestigen data van het project Digitale Gracht, dat het aantal vaarbewegingen op de grachten volgt met sensoren en camera's. Aquatisch ecologen Lisette De Senerpont Domis en Maggie Armstrong (NIOO-KNAW) en hun collega's combineerden deze data met informatie van het waterschap Amstel, Gooi en Vecht over de helderheid van het water.
Conclusie: het water was inderdaad helderder dan in voorgaande jaren. En omdat het wateroppervlak meer licht doorliet, konden er ook meer waterplanten groeien. Dat kwam ten goede aan een belangrijke ecosysteemdienst die het water biedt: die van habitat, het verschaffen van een veilige leefomgeving aan dieren en andere organismen. "De antropauze was een ongepland experiment," zegt De Senerpont Domis, "het liet zien wat er gebeurt als binnenwateren op een andere manier worden gebruikt."
Sociale dimensie
Maar er was ook een andere kant. Mensen die niet in groepsverband konden recreëren, gingen op zoek naar alternatieven. Wildzwemmen en vissen, dingen die je prima alleen kunt doen, werden juist populairder. Directe data waaruit dat moeten blijken zijn er niet. Maar De Senerpont Domis en haar collega's schrijven dat tijdens de pandemie de verkoop van visvergunningen sterk omhoog ging, net als het aantal keer dat op 'buiten zwemmen' of namen van mogelijke zwemplekken werd gegoogeld.
Het grotere aantal recreatievissers heeft wel degelijk een impact op de visstand, concluderen de onderzoekers. Ook indirect: zelf meegebrachte vis en aas kunnen het voedselweb in het water verstoren. En zwemmers op zoek naar een rustig plekje kunnen in water terechtkomen waarvan de kwaliteit niet wordt gemonitord. Daarvan zouden ze ziek kunnen worden. De Senerpont Domis: "Deze antropauze inspireert ons om na te denken over de sociale dimensie van waterbeheer."
Pauzeknop
De onderzoekers adviseren waterbeheerders om in de toekomst al bij voorbaat duidelijke grenzen aan te geven voor het gebruik van wateren. Bijvoorbeeld door de toegang van zwemmers te beperken, of bepaalde wateren als vaarroutes aan te merken terwijl andere gebieden tijdelijk met rust gelaten moeten worden. Dat heeft zin, blijkt uit de studie, want zelfs in een relatief korte periode zoals de pandemie kunnen habitats zich al herstellen of ontwikkelen.
"Waternatuur lijkt behoorlijk veerkrachtig te zijn," zegt De Senerpont Domis. "Door af en toe op de pauzeknop te drukken, geef je de natuur de kans om zich te herstellen." De onderzoekers willen hun inzichten daarom graag aan de waterbeheerders doorgeven. Van nieuw beleid dat op basis hiervan wordt bedacht, kan de uitwerking vervolgens nauwlettend worden bestudeerd.
Onderzoek delen
De Europese Commissie ziet eveneens de noodzaak om Europees onderzoek op dit gebied te delen met beleidsmakers en andere belanghebbenden. Een belangrijk platform daarvoor is Science for Environment Policy (SfEP), de eigen nieuwsdienst van het directoraat-generaal Milieu van de Commissie. Een samenvatting van het onderzoek, dat tot stand kwam met steun uit het Horizon 2020 programma van de EU, wordt nu via dit platform verder verspreid.
Meer informatie
- Het wetenschappelijke artikel Making waves: Lessons learned from the COVID-19 anthropause in the Netherlands on urban aquatic ecosystem services provisioning and management verscheen in Water Research
- De Engelstalige samenvatting Europese Commissie Human demand for water-based ecosystems services in the Netherlands under COVID-19: what lessons for their management?
Tekst: NIOO-KNAW
Foto: Martin van Dalen, Wikimedia Commons