De tuinvlindertelling 2022 was een succes: 70.000 vlinders in 3 dagen!

Door de jaarlijkse tuinvlindertelling krijgt De Vlinderstichting inzicht in hoe het gaat met de vlinders in stad en dorp. Die informatie is belangrijk, want dagvlinders reageren snel op het milieu en op klimaatverandering. Vorig jaar duurde de tuinvlindertelling drie weken. Dit jaar had De Vlinderstichting besloten om één weekend tot tuinvlinderweekend uit te roepen en de telling in drie dagen te houden om inzicht te krijgen in de landelijke stand op een tijdstip. Ondanks de kortere duur van de telling zijn er meer dan 73.000 vlinders waargenomen, waar er vorig jaar in 3 weken ruim 110.000 vlinders werden doorgegeven. Opvallend is dat er dit jaar meer tellers hebben meegeteld dan de voorgaande jaren, namelijk 6.000. Een veel gehoorde opmerking van de tellers was dat de telling net een week te laat was. Vorige week vlogen er namelijk een stuk meer vlinders. Gelukkig maakt dit voor de tuinvlindertelling niet uit. Het is geen wedstrijd wie de meeste vlinders telt, maar juist de bedoeling dat we zien hoe het staat met de vlinders op een moment in het hele land.

Over wedstrijd gesproken: het leek nog even spannend te worden welke vlinder op nummer 1 zou eindigen. Zowel dagpauwoog als kleine vos leken kanshebber. De week voor de telling was de dagpauwoog al veel waargenomen, maar de aantallen namen snel af. Ondertussen kwam de kleine vos langzaam weer tevoorschijn. De eerste teldag lichtte al een tipje van de sluier: de dagpauwoog stond al snel op kop en is daar uiteindelijk ook gebleven. Met een ruime 16.700 steekt de dagpauwoog met kop en schouders boven de rest uit. Op de tweede plek is de nummer 1 van vorig jaar geëindigd, de atalanta, en op nummer 3 het klein koolwitje. De kleine vos liet toch nog even op zich wachten en belandde uiteindelijk op de vijfde plek.

Een geweldige verrassing dit jaar was de keizersmantel. Dit is niet een soort die normaliter veel voorkomt in tuinen en toch zijn er verspreid door het hele land wat waarnemingen van deze soort in tuinen gedaan. Deze soort was dan ook speciaal nog toegevoegd aan de tellijst voor deze tuinvlindertelling. Als we wat dieper de resultaten induiken, blijkt dat de winnaar van dit jaar, de dagpauwoog, vooral veel werd waargenomen in het noorden van het land. De aantallen in het zuiden waren een stuk minder. Hetzelfde gold voor het landkaartje. De koninginnenpage was juist veel waargenomen in het zuiden. De laatste jaren breidt deze vlinder zich wel noordwaarts uit, maar de aantallen in het zuiden zijn toch duidelijk groter. Tot slot valt in de resultaten op dat de citroenvlinder voornamelijk waargenomen is op of rondom de zandgronden.

De Vlinderstichting heeft erg genoten van alle berichten en foto’s die afgelopen weekend voorbijkwamen. Dank aan alle enthousiaste tellers die afgelopen weekend een of meer kwartier in tuin en op balkon geteld hebben! En smaakt dat tellen nou naar meer? Kijk dan eens of de Jaarrond Tuintelling wat voor u is.

Tekst: Nora Thierry & Marjelle Molenaar, De Vlinderstichting
Afbeeldingen: Tuinvlindertelling; Kars Veling & Chris van Swaay, De Vlinderstichting