Natuurjournaal 28 juni 2022

De kuikens van de wespendief komen uit het ei, in nesten bovenin bomen. Wespendieven houden van bossen, en de paar honderd broedparen in Nederland zijn vooral in de oostelijke helft van het land te vinden. Ze lijken op buizerds, maar hebben een meer uitstekende kop, langere vleugels en drie dwarsbanden op de staart. Het mannetje heeft een grijze kop. De naam heeft de wespendief te danken aan het voedsel: dat zijn vooral wespen. Ze volgen een wesp om het nest te vinden en graven het dan uit. Behalve wespen eten ze ook andere insecten of kleine dieren. Bij slecht weer staat het minst favoriete hapje op het menu: kikkers. De jongen zijn na acht weken groot genoeg om de vleugels uit te slaan. In de late zomer trekt de wespendief naar het zuiden om in bossen in tropisch Afrika te overwinteren.

Om een tijger te zien hoef je niet naar Azië of de dierentuin: ze wonen gewoon in je tuin. De gele tijger welteverstaan. Je loopt geen gevaar, deze nachtvlinder is geheel ongevaarlijk voor mensen. Hij is ook iets minder ontzagwekkend, maar als je er eentje ziet, snap je de naam. De vlinder is harig en zachtgeel, met zwarte stipjes en streepjes. Er is ook een witte variant: de witte tijger. Meer nog dan een zachte tijgerpels lijkt die een witte hermelijnen bontmantel aan te hebben. De gele tijger is algemeen en vliegt in juni en juli. De vlinder komt ’s nachts op het licht van lampen af. Bij een activiteit van de NachtvlinderNacht heb je dus een goede kans om deze tuintijger tegen te komen.

Tekst: Nienke Lameris, NatureToday.nl
Foto's: Mark Zekhuis, Saxifraga; Ab H. Baas, Saxifraga