Natuurjournaal 31 augustus 2021

Het groot koolwitje kent meerdere generaties per jaar. Op dit moment kan je op de raarste plekken (die op de foto zit op een brievenbus) de poppen van deze vlinder aantreffen. Of dit de tweede of de derde generatie is, is niet duidelijk, want ze vliegen wel tot in oktober. Zo’n pop ontstaat nadat de rups, die uit de eitjes is gekomen, tot wel vier keer is verveld en steeds groter is geworden. Na zo’n vier weken kool te hebben gegeten, gaat de rups verpoppen. Het kan nu zijn dat de rups in de pop overwintert en dus het vlinder worden uitstelt tot volgend jaar. Het kan ook zijn dat er opnieuw, na ongeveer een week, een vlinder uitkomt. Dan begint de hele cyclus nog in hetzelfde jaar opnieuw: vlinder-ei-rups-pop.

In grasvelden die niet gemaaid zijn kan je nu grote geel-zwart gestreepte spinnen in hun web zien. Dit zijn wespspinnen, die in augustus en september veel gezien worden. Waar de naam vandaan komt is direct duidelijk als je naar het gestreepte lichaam kijkt! In het gras jaagt de wespspin op insecten die ook in het gras leven. Je zult meestal vrouwtjes zien; de mannen zijn veel kleiner en leven korter. Het leven van een mannetjes-wespspin gaat namelijk niet over rozen. Hij heeft twee genitaliën, maar verliest er één bij de paring. Hij zou dus nog een keer kunnen paren, maar meestal komt het niet zo ver. Het vrouwtje eet hem namelijk graag op! Op die manier zorgt hij wel voor extra voeding, wat ook zijn nageslacht weer helpt. Na de paring, ongeveer nu, maakt het vrouwtje een grote eicocon. Daar zitten honderden eitjes in. Als je nu een wespspin ziet, kijk dan ook eens of je de cocon in de buurt ziet.

Tekst:Mike Hirschler, IVN & Marjolein Mooij, NatureToday.nl
Foto’s: Mike Hirschler, IVN; Joost Sleiderink