Natuurjournaal 27 augustus 2021

Je verwacht het niet, maar de dromedaris is een algemeen voorkomende soort in Nederland. Niet het zoogdier, dat uiteraard niet in het wild voorkomt, maar wel de nachtvlinder met dezelfde naam. Zoogdiernamen komen wel vaker voor bij nachtvlinders; je hebt bijvoorbeeld ook de witte tijger, het kameeltje en het schaapje. Op dit moment zijn de rupsen van de dromedaris door het hele land te zien. Je kunt ze vinden op berken, elzen, hazelaars en in eiken. De rupsen hebben een bult op hun lichaam, dus je zou kunnen beargumenteren dat ze daarom dromedaris heten. Er zijn echter veel rupsen van andere soorten die óók een bult hebben. Waarom specifiek deze soort dromedaris wordt genoemd, is dus maar de vraag.

Hij kan echt groot worden, wel veertig centimeter hoog en veertig centimeter in diameter: de grote parasolzwam. In grazige wegbermen of middenin een weiland staan ze te pronken, ook nu alweer. Ze hebben dikke stelen met een dubbele ring die je kan draaien. De hoed heeft een soort schubben van wollige bruine rafels bovenop. Er zijn meer paddenstoelen in de groep van de parasolzwammen, maar die groeien op andere plekken en zijn vaak veel kleiner. Jonge exemplaren van de grote parasolzwam hebben een steel met een verdikking bovenop, daar waar de hoed nog moet gaan uitspreiden. In paddenstoelenkringen worden dat ‘trommelstokjes’ genoemd, maar dan wel voor de grote trom!

Tekst: Marjolein Mooij, NatureToday.nl & Mike Hirschler, NMV
Foto’s: Ryszard, Flickr; Mike Hirschler, NMV