Smaragdlibel

Sterke uitbreiding bruine korenbout en smaragdlibel in Zuid-Holland

Provincie Zuid-Holland
16-JUN-2020 - Veenlibellen breiden hun areaal steeds verder uit in westelijke richting. Afgelopen weken waren er veel nieuwe meldingen van met name de bruine korenbout en de smaragdlibel. De vroege glazenmaker en glassnijder waren al sterk toegenomen, en nu dus ook de bruine korenbout en smaragdlibel; soorten die tot voor kort nog maar op een enkele plek voorkwamen in Zuid-Holland.

Toename spreiding bruine korenbout

In de jaren zeventig en tachtig was het verspreidingsbeeld van de bruine korenbout in Nederland vrijwel beperkt tot grote veenmoerassen, mogelijk als gevolg van de toenmalige slechte waterkwaliteit. In de jaren vijftig waren namelijk meer vindplaatsen bekend, ondanks het feit dat vrijwel niemand naar libellen keek. In Zuid-Holland kwam er lange tijd slechts een populatie voor in de Avelingen bij Gorinchem langs de Merwede.

Enige jaren geleden begon zowel het aantal waarnemingen als het aantal gebieden waar de soort werd waargenomen toe te nemen. In eerste instantie gebeurde dit in moeras- en recreatiegebieden in de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden. In mei 2008 werden ook de eerste waarnemingen gedaan in de Sliedrechtse Biesbosch en langs de Beneden Merwede. In 2014 volgden waarnemingen in de Groene Jonker, bij Stolwijk in de Krimpenerwaard en in de Biesbosch en de Nieuwkoopse Plassen. In 2018 volgden waarnemingen langs de Oude Maas, in de Gorzen bij Ridderkerk, bij Starrevaart en zelfs op Tiengemeten.

Afgelopen weken werden veel waarnemingen gedaan in de Hoekse Waard, langs de Devel in IJsselmonde, in de omgeving van Ooltensplaat op Flakkee, in het Kralingse Bos en zelfs in de Broekpolder bij Rotterdam en Vlaardingen. Op enkele plaatsen zijn er ook aanwijzingen van voortplanting.

Bruine korenbout

Meer voortplanting

Een deel van deze waarnemingen heeft mogelijk betrekking op zwervers. De korte en vroege vliegtijd en het feit dat de aantallen van jaar tot jaar sterk kunnen wisselen bemoeilijkt de interpretatie van het verspreidingsbeeld. Het is echter duidelijk dat de soort zich sterk heeft uitgebreid en dat er op steeds meer plaatsen ook voortplanting plaatsvindt.

In aangrenzend Noord-Holland, waar de soort aanvankelijk beperkt was tot het Vechtplassengebied, zijn de laatste jaren ook steeds meer waarnemingen, zelfs tot aan de oostrand van Amsterdam en Diemen. In Zeeland is de bruine korenbout nog niet waargenomen.

Smaragdlibel

Smaragdlibel

In de jaren negentig was de smaragdlibel in Zuid-Holland alleen bekend van de Haeck bij de Nieuwkoopse Plassen. Inmiddels zijn er al langere tijd meldingen van de Nieuwkoopse Plassen, Alblasserwaard, Eiland van Dordrecht en meer incidenteel ook in de Krimpenerwaard.

De laatste jaren zijn er zelfs in het kustgebied steeds meer meldingen van de smaragdlibel: onder meer in de duinen van Voorne, de Middelduinen op Goeree, Westduinpark bij Den Haag, Prinsenberg bij Meijendel, Wiltzangk bij Wassenaar, het Leidse Hout bij Leiden en bij de Tenellaplas op Voorne. Eerder werden ook al steeds meer waarnemingen in Zeeland gedaan, met in 2006 weer de eerste populatie in de duinen, nadat de soort hier in de jaren vijftig van de vorige eeuw was verdwenen.

Andere soorten

Eind jaren negentig begon de vroege glazenmaker al met zijn opmars. Dit is inmiddels een soort die overal kan worden waargenomen. Hij wordt gevolgd door de glassnijder die weliswaar meer beperkt is tot rijke water- en oevervegetaties, maar desondanks ook sterk is toegenomen. Momenteel zijn de bruine korenbout en smaragdlibel met een heuse opmars bezig en mogelijk volgen ook de gevlekte en sierlijke witsnuitlibel. Sierlijke witsnuitlibel

De gevlekte witsnuitlibel lijkt zich ook uit te breiden. Het aantal plaatsen met (langdurige) voortplanting blijft echter vooralsnog beperkt tot de Nieuwkoopse Plassen en enkele plasjes en poelen in het duin- en binnenduingebied (Voorne, Goeree, Meijendel en bij Wassenaar). Na de influx van de sierlijke witsnuitlibel in het voorjaar van 2018 is het afwachten wat er komende weken gaat gebeuren. De dieren doen er twee jaar over om volwassen nakomelingen te produceren. Inmiddels zijn de eerste dieren gemeld bij Wiltzangk bij Wassenaar en in aangrenzend Noord-Holland in het Noord-Hollands Duinreservaat bij Bergen.

Oorzaken opmars voorjaarssoorten

De genoemde soorten zijn allemaal voorjaarssoorten van veengebieden. Nog niet zo heel lang geleden waren die soorten beperkt tot enkele grote veenmoerassen of vrijwel helemaal verdwenen in Nederland.

Heeft de opmars van deze voorjaarssoorten uitsluitend te maken met de verbeterde waterkwaliteit of spelen meer factoren een rol? Deze soorten worden gezien als belangrijke indicators voor goede waterkwaliteit, vooral voor doorzicht en geleidbaarheid.

Een feit is dat er de afgelopen decennia in Zuid-Holland een aantal kleinere moerasjes en poelen zijn aangelegd in zowel het duingebied als in diverse recreatiegebieden en natuurgebieden die relatief geïsoleerd liggen. Tijdens warmere perioden ontstaan soms influxen van zeldzamere libellen die dergelijke meer geïsoleerde plaatsen kunnen bereiken en soms ook overgaan tot voortplanting. Een netwerk van kleinere moerasjes kan dus een belangrijke rol spelen de verbreiding van bovengenoemde zeldzamere libellen.

Tekst en foto's: Kees Mostert, provincie Zuid-Holland