Biodiversiteitsverlies: miljoen soorten bedreigd, maar tij kan keren
Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW)Nieuw aan het rapport van het IPBES - het Intergouvernementeel Platform voor Biodiversiteit en Ecosysteemdiensten - is in elk geval de grootschaligheid ervan. Het is het eerste overzicht op intergouvernementeel niveau, met 145 auteurs uit 50 landen. Ook wordt voor het eerst uitgebreid gebruik gemaakt van de kennis van lokale en inheemse gemeenschappen, en is informatie op nieuwe manieren verwerkt. De conclusie die dat oplevert is wellicht minder vernieuwend: dat de biodiversiteit snel terugloopt was al langer bekend, ook in Nederland. Denk maar aan de dramatische afname van het aantal insecten. Wereldwijd is het nog veel dramatischer: nooit in de geschiedenis van de mens zijn zo veel soorten dieren en planten met uitsterven bedreigd. Veranderingen in ons landgebruik in de afgelopen vijftig jaar, met als doel een hogere productie, zijn een belangrijke oorzaak.
Louise Vet, directeur van het NIOO en daarnaast initiator en boegbeeld van het veelbesproken Deltaplan Biodiversiteitsherstel, vat het als volgt samen: "Het rapport laat eigenlijk de onmogelijkheid zien voor wilde planten en dieren om een plek te hebben op deze planeet als wij, de meest invasieve soort van allemaal, de boel beïnvloeden en overnemen."
Positivisme
Het IPBES waarschuwt dat de trend in bijna alle denkbare beleidsscenario's alleen maar negatiever zal worden, en dat veel kortetermijndoelen voor natuurbescherming nu al niet meer haalbaar zijn. Toch valt het tij nog te keren. Sterker nog: volgens het IPBES is het mogelijk om biodiversiteitsverlies om te buigen zonder dat dat leidt tot voedseltekorten voor de groeiende wereldbevolking of een afname van de levenskwaliteit. Louise Vet: "Dat positivisme zit er zeker ook in. Ik vind het heel fijn dat er zo nadrukkelijk gekeken wordt naar de noodzaak van maatregelen, en dat het ook gewoon kán; dat we het kunnen veranderen. Maar dan moet het natuurlijk wel gebeuren."
De term die het rapport daarvoor gebruikt is 'transformational change': wezenlijke, transformerende verandering. "Daarin zie ik toch wel de aanpak terug die wij ook hebben in het Deltaplan", zegt Vet. Zo legt het rapport veel nadruk op het vormen van brede coalities en het betrekken van alle grondgebruikers in een gebied wanneer er maatregelen moeten worden bedacht en uitgevoerd. Ook het belang van wet- en regelgeving, van nieuwe kennis en technologiëen en van educatie wordt benadrukt: zaken die eveneens in het Deltaplan zijn opgenomen. "Eigenlijk zie je alle vijf de 'succesfactoren' uit onze aanpak exact terug in het rapport."
BIODIVERSITEITSHERSTEL: VIJF SUCCESFACTOREN
- Draagvlak en gedeelde waarden
- Het realiseren van nieuwe verdienmodellen
- Stimulerende en coherente wet- en regelgeving
- Nieuwe kennis en innovatie
- Gebiedsgerichte samenwerking tussen alle grondgebruikers in een regio
(Bron: Deltaplan Biodiversiteitsherstel)
Prijskaartje
Van bijzonder belang is volgens Vet het realiseren van nieuwe verdienmodellen. In plaats van 'perverse' subsidies die de verkeerde soort landbouw of de verkeerde soort energieproductie bevoordelen, moet er een realistisch prijskaartje komen voor biodiversiteit en de diensten die de natuur aan de mens levert. En dus niet alleen voor materiële diensten zoals voedselproductie. "We hebben te vrijblijvend alles maar laten gaan, en het zou fantastisch zijn als we dat nou eens een keer aanpakken. Op een gegeven moment moet duidelijk zijn dat je geld moet krijgen als je biodiversiteit herstelt. Dan gaat die economie ook wel draaien, maar dan draait-ie op het herstel en het behoud van biodiversiteit in plaats van op het vernietigen ervan."
Dat dat in het rapport zo nadrukkelijk wordt gesteld, vervult Vet met de hoop dat grote mogendheden zoals de G20 het zullen zien als een concrete oproep om iets te doen, en dat ook de internationale markten erop zullen inspelen. "Net als dat we een prijs hebben bepaald voor CO2, is het belangrijk dat we de échte boekhouding krijgen."
Voorbeeld
Het succes van het Deltaplan in Nederland tot nu toe - het feit dat diverse partijen voor het eerst met elkaar om tafel zijn gaan zitten om afspraken te maken over zaken als verdienmodellen - lijkt misschien een druppel op een gloeiende plaat als je kijkt naar de wereldwijde ramp die zich volgens het IPBES aan het voltrekken is. Maar: "Ik denk dat het Deltaplan ook een voorbeeld kan zijn voor de uitwerking van dit geheel", concludeert Louise Vet. "We hebben ook multinationals aan tafel, en die kunnen dit natuurlijk beter oppakken. Dus ik zie ons heel erg versterkt door dit rapport."
Tekst: NIOO-KNAW
Foto's: Minka2507 (leadfoto: otter); Marjolein Vinkenoog