Uniek: warm weer wekt voorjaarsbijen uit winterslaap
EIS Kenniscentrum InsectenHet blijft dit najaar niet bij een enkele waarneming. Diverse soorten typische voorjaarsbijen worden momenteel op allerlei plekken gezien. Tot nu toe gaat het om asbij, goudpootzandbij, meidoornzandbij, roodgatje, viltvlekzandbij en vosje. Eén van de viltvlekzandbijen had zelfs een waaiertje in het achterlijf: een parasitair insect dat normaal gesproken alleen in het voorjaar gevonden wordt. Is dit nu echt een nieuw verschijnsel of wordt het alleen vaker opgemerkt nu er tegenwoordig zo veel mensen naar bijen kijken?
Dat dit een zeldzaam en in deze mate misschien zelfs uniek fenomeen is blijkt uit het archief van EIS Kenniscentrum Insecten met gegevens die teruggaan tot de 19e eeuw. Vóór 1997 is er slechts één herfstwaarneming van de genoemde voorjaarssoorten. Dit was een asbij in Zwolle op 1 september 1947. In dat jaar was er in augustus een hittegolf en werden er in september nog temperaturen boven 28°C gemeten. Vanaf 1997 nemen de waarnemingen toe, maar gaat het hooguit om een enkele waarneming per jaar, in 2016 en 2017 twee waarnemingen en in 2018 tot nu toe 19 waarnemingen. Ook het aantal exemplaren per waarneming neemt toe met als hoogtepunt een waarneming door Lucien Calle in Hulst van 40 goudpootzandbijen waaronder verschillende copula’s.
Normaal gesproken ontwaken deze soorten in het voorjaar uit hun winterslaap. Ze paren en de vrouwtjes graven een nest in de grond, voorzien elke broedcel van een voorraad stuifmeel en leggen er een ei bij. De larven voeden zich met het stuifmeel en na ongeveer zes tot zeven weken verpoppen ze zich om aan het einde van de zomer uit de pophuid te sluipen. De volwassen bijen blijven in de broedcel om te overwinteren tot ze gewekt worden door de eerste warme voorjaarsdagen. Bij de exemplaren die in de afgelopen weken zijn waargenomen lijkt er iets te zijn gebeurd waardoor ze voortijdig uit hun winterslaap zijn gewekt.
Hoge temperaturen alleen lijken geen goede verklaring te zijn. Dan zouden we dit fenomeen in de afgelopen jaren ook al in deze mate hebben kunnen zien. Van rosse metselbijen is bekend dat ze eerst een periode van koude nodig hebben om te kunnen ontwaken uit hun winterslaap. Als dit bij zandbijen ook zo werkt zou het misschien een verklaring kunnen bieden voor het in de herfst verschijnen van voorjaarssoorten. In september van dit jaar werden namelijk op verschillende dagen minimumtemperaturen van 5°C en lager gemeten. Lokaal vroor het licht aan de grond. Eind september werden er zelfs op de normale meethoogte minimumtemperaturen net onder het vriespunt gemeten. Normaal komt dit in september zelden voor. Tussendoor waren er echter ook dagen met maxima rond de 25°C. Het lijkt erop dat voor een deel van de zandbijen de opeenvolging van lage en hoge temperaturen genoeg was om ze uit hun winterslaap te wekken.
Gelukkig ontwaken niet alle zandbijen tegelijk uit hun winterslaap. In de natuur wordt namelijk vaak aan risicospreiding gedaan. Sommige bijen zijn er heel vroeg bij en andere hebben meer tijd nodig om te ontwaken. In het voorjaar kan het weer snel omslaan en een plotselinge periode met slecht weer kan dan fataal zijn voor de al ontwaakte bijen of in ieder geval hun voortplantingskansen sterk verkleinen. Aan de andere kant kan het een voordeel zijn om er vroeg bij te zijn als het weer goed blijft. De zandbijen die deze herfst uit hun winterslaap zijn ontwaakt zijn waarschijnlijk de dieren die onder normale omstandigheden in het voorjaar als eerste uit hun winterslaap zouden zijn ontwaakt. De kans dat zij zich deze herfst succesvol kunnen voortplanten lijkt gering, maar voor de soorten als geheel zal het geen probleem vormen.
Tekst: Martijn Kos, EIS Kenniscentrum Insecten
Foto's: Herman Winkelhorst (leadfoto: asbij op aster, Amstenrade, 14 september); Lucien Calle; Johan van 't Bosch