Planten

Vier 30 jaar FLORON mee met Midzomerplantenjacht

FLORON
8-JUN-2018 - FLORON bestaat in 2018 dertig jaar. Om dat te vieren organiseert de stichting meer dan twintig Midzomerplantenjachten verspreid over het hele land. Iedere plantenliefhebber is bij deze excursies welkom, ongeacht zijn of haar kennisniveau. In dit bericht belichten wij in welke traditie de jubilerende soortenbeschermingsorganisatie staat. Vier jij 30 jaar FLORON met ons mee?

Nederland mag in internationaal perspectief beperkte en ook nog zwaar toegetakelde natuurlijke waarden hebben, wél zijn die natuurlijke waarden door verschillende soortenorganisaties beter in kaart gebracht dan vrijwel overal elders in de wereld. Dat geldt voor de termijn waarop waarnemingen structureel opgeslagen zijn (meer dan een eeuw), voor het fijnmazige grid waarbinnen gewerkt wordt (tegenwoordig per vierkante kilometer, vaak zelfs op puntlocatie), en voor het kwantitatieve aspect (vele miljoenen waarnemingen). Deze topprestatie drijft voor een groot deel op de inzet van vrijwilligers, en ook dat is internationaal een bijzonder gegeven.

Verspreidingskaart uit 1950 van Herderstasje in Coevorden en omgeving

Geschiedenis van de floristiek

Als het om planten gaat, noemen we het systematisch verzamelen van de gegevens ‘welke soorten, waar en in welke aantallen’ floristiek. In de 17e en 18e eeuw was floristiek nog grotendeels een individuele zaak van een kleine elite, al of niet door hun beroep (apotheker bijvoorbeeld) ingegeven. Bij de oprichting van de Vereeniging voor de Nederlandsche Flora in 1845, later de (Koninklijke) Nederlandse Botanische Vereniging, krijgt de floristiek een systematischer karakter, via onder andere het opnemen van plantenlijsten in het Nederlandsch Kruidkundig Archief, het periodiek van de vereniging. Vanaf 1902 worden zogenaamde ‘plantenverspreidingskaartjes’ uitgegeven op basis van militaire stafkaarten. Overigens kostte een jaarabonnement op die kaartjes ongeveer evenveel als het weekloon van de gemiddelde arbeider... In de jaren twintig bloeit de aandacht voor plantengeografie sterk op via verschillende initiatieven. Om die te coördineren wordt in 1930 het IVON opgericht: Instituut voor het Vegetatie-Onderzoek van Nederland, dat het Correspondentieblad als publicatiemedium kende. In de Tweede Wereldoorlog ondervindt de floristiek een terugval. Niettemin blijkt op een internationale conferentie in Engeland in 1950, dat het plantencartografisch onderzoek toen al het verst gevorderd was in Nederland.

In de naoorlogse jaren verlegt de organisatie van het floristische onderzoek zich geleidelijk aan naar het Rijksherbarium in Leiden, onderdeel van de Rijksuniversiteit Leiden. In 1953 wordt het oude uurhok van de militaire stafkaarten aangepast aan de kilometerindeling van de Topografische Atlas. In 1961 vervangt het blad Gorteria het Correspondentieblad. Nu de floristiek in het universitaire milieu ingebed is, wordt al gauw de onvolledigheid van de oude IVON-kaartjes aangekaart. Er ontstaat behoefte aan een kritisch totaaloverzicht. Maar pas in 1985-1989 verschijnt dan eindelijk de Atlas van de Nederlandse Flora (ANF), in drie delen. De kaartjes geven van elke soort het gedocumenteerde voorkomen weer van vóór en ná 1950. De ANF laat indringend zien hoezeer de flora in veel gevallen achteruit gegaan is.

Groepsfoto uit 1988 van de eerste FLORON-districtscoördinatoren

Het digitale tijdperk

Ruud van der Meijden (1945-2007), hoofdredacteur van Heukels’ Flora van Nederland, beseft welke impact de opkomende ict-techniek zal gaan krijgen. Hij geeft de aanzet tot de oprichting van de stichting FLORON in 1988. Verspreidingsgegevens worden vanaf nu verzameld op het niveau van de vierkante kilometer, het ‘kilometerhok’, en in de statuten wordt uitdrukkelijk de bescherming van de inheemse flora als doel opgenomen. Er wordt ingezet op een maximale inzet van vrijwilligers, waarvoor Nederland ingedeeld wordt in 23 districten met een districtscoördinator (DC) die door het Landelijk Bureau ondersteund wordt. Inmiddels hebben de meeste districten een districtsteam. FLORON-vrijwilligers zijn vaak georganiseerd in plantenwerkgroepen van KNNV of IVN. Er zijn ook regionale dan wel provinciale werkgroepen.

Aanvankelijk worden de op papieren streeplijsten binnenkomende waarnemingen in computerbestanden overgezet en geleidelijk aan worden ook de historische gegevens gedigitaliseerd. De digitale revolutie raast voort en rond 2010 ontstaan diverse apps die de digitale invoering van waarnemingen mogelijk maken op basis van puntlocaties. FLORON ontwikkelde hiervoor de app VERA. De gegevens worden beheerd in de Nationale Databank Flora en Fauna (NDFF). Zo zijn de gegevens bruikbaar voor wetenschappers, beherende organisaties en overheden. Voor de aanleverende vrijwilligers, maar ook voor het geïnteresseerde publiek, worden de gegevens in kaart gebracht op de gratis te bezoeken site NDFF Verspreidingsatlas, die dagelijks bijgewerkt wordt. Elke soort heeft een kaart met de situatie van vóór en van na 1990, en is voorzien van begeleidende tekst en vaak van kwalitatief goede foto’s. De sprong die de floristiek in dertig jaar gemaakt heeft, is enorm. FLORON is apetrots op haar aandeel in deze ontwikkeling.

Midzomerplantenjacht

Die trots brengt ons ertoe expliciet naar buiten te treden. Op 15, 16 en 17 juni worden er 24 Midzomerplantenjachten georganiseerd. De meeste door de districten, maar ook een aantal door de NJN, enkele plantenwerkgroepen en Staatsbosbeheer. Ieder kan zo een beeld krijgen van FLORON-activiteiten, al of niet in de eigen buurt. In de activiteitenagenda kan men zien welke activiteiten er georganiseerd worden en hoe men deel kan nemen. Sommige districten bezoeken een hok dat in de beginperiode (1988-1990) geïnventariseerd is en kijken naar de verschillen tussen toen en nu. Andere districten stellen een interessant afgebakend natuurgebied centraal. In Friesland betreft de excursie een succesvolle beschermingsactie. Deelname aan de Midzomerplantenjachten is gratis en ieder kan deelnemen ongeacht zijn of haar niveau van plantenkennis. Wees welkom!

Verspreidingskaart van Bijenorchis in de Verspreidingsatlas

Tekst: Gertie Papenburg, FLORON
Foto´s: Wout van der Slikke