Paarse kokerworm rukt verder op in de Oosterschelde
Stichting ANEMOONDe Paarse kokerworm (Bispira polyomma) leeft in een met fijn slib zelfgebouwde koker van slechts een paar centimeter lengte. Op de kop zit een krans van geveerde tentakels die hij gebruikt voor het filteren van zeewater, zo vangt hij zijn voedsel. De krans heeft een doorsnede van ongeveer vier centimeter en heeft een typisch gevlekt, bruinzwart en paars patroon.
In 2010 werd de soort voor het eerst in de Nederlandse kustwateren bij Yerseke aangetroffen. Daar is de soort in zowel de haven als in de omgeving van de haven in de Oosterschelde waargenomen. Vervolgens is in 2012 de soort voor het eerst beschreven in een wetenschappelijke publicatie en heeft hij zijn nu de nog steeds geldende naam gekregen.
Vorig jaar zijn de eerste exemplaren bij Zierikzee in de Noordelijke Oosterschelde aangetroffen. Met recente waarnemingen is aangetoond dat de Paarse kokerworm zich ook hier zeer succesvol gevestigd heeft. De soort wordt er nu algemeen aangetroffen. Het afgelopen weekend zijn er bij de noordelijke zijde van de Zeelandbrug vanaf de Val tot enkele honderden meters ten westen van de brug op tientallen plaatsen vele tientallen Paarse kokerwormen aangetroffen. De dieren leven hier op een diepte van vlak onder de laagwaterlijn tot ruim 9 meter diepte. Voor hun vestiging hebben ze een duidelijke voorkeur voor de verticale wanden van de grote breukstenen die hier de vooroever versterken.
Toch krijgen veel sportduikers de fraaie waaiers niet eenvoudig te zien. Deze wormen hebben zeer simpele ogen die echter goed in staat zijn om veranderingen in licht en donker waar te nemen. Ze kunnen ook trillingen in het water goed waarnemen. Beide eigenschappen helpen de dieren om zich te beschermen tegen predatie. Bij de geringste verstoring trekken ze zich onmiddellijk terug in de koker die daarna aan het uiteinde wordt dichtgeknepen. Als het licht van een duiklamp op de waaier valt trekken ze zich dus meteen terug in de koker. De beste manier om de wormen waar te nemen, is door geen duiklamp te gebruiken, maar dat is in de Oosterschelde met vaak een beperkt doorzicht eigenlijk geen optie.
De Paarse kokerworm blijft ook nu nog wetenschappelijk een interessant dier. De soort lijkt wereldwijd voor het eerst in de Nederlandse Oosterschelde te zijn aangetroffen is in 2012 voor het eerst wetenschappelijk beschreven met dieren die in de Oosterschelde zijn verzameld. Echter, gezien de wijze waarop hij zich massaal bij Yerseke heeft gevestigd en zich nu ook verder aan het verspreiden is, is het zeer waarschijnlijk een exotisch zeedier die elders autochtoon leeft maar die nog niet in de ons bekende wetenschappelijke literatuur is beschreven.
Stichting ANEMOON vraagt alle sportduikers om ook op de andere duiklocaties in de Oosterschelde en elders op de Nederlandse kust te zoeken naar deze recente aanwinst van de Nederlandse faunalijst. Zeer waarschijnlijk heeft de soort zich al op meer plaatsen gevestigd.
Tekst en foto’s: Peter H van Bragt, Stichting ANEMOON