Hazelmuis beleefde topjaar in 2014
ZoogdierverenigingBericht uitgegeven door de Zoogdiervereniging [land] op [publicatiedatum]
In het uiterste zuiden van ons land leeft de hazelmuis. Dit zeldzame diertje leeft daar verborgen in bosranden met veel bramen en hazelnoten. De afgelopen jaren zijn veel beschermingsmaatregelen genomen om het leefgebied van de hazelmuis uit te breiden. In het Vijlenerbosch zijn door Staatsbosbeheer en het IKL vele honderden meters bosrand teruggezet om weer ruimte en licht te creëren voor de hazelmuis en op de terreinen van Stichting Ark krijgen bramen de ruimte. Door de hazelmuis al meer dan 20 jaar te volgen, is duidelijk geworden dat de hazelmuis sterk heeft geprofiteerd van alle maatregelen, met een record aantal nesten in 2014 tot gevolg.
Mooie bosranden
De hazelmuis (Muscardinus avelllanarius) is een prachtig oranje muisje van enkele centimeters groot. Hazelmuizen rennen en klimmen heel gemakkelijk door de bramen en hebben daarom de bijnaam ‘aapje van het zuiden’ gekregen. Volwassen dieren wegen vaak niet meer dan 20 tot 25 gram. Bijzonder aan de hazelmuis is dat de dieren een winterslaap houden. In de herfst proberen ze zoveel mogelijk te eten om een vetvoorraad aan te leggen, waarna de dieren een verborgen plekje op de bosbodem opzoeken. Op de bosbodem maken de dieren een winternestje om de gure wintermaanden slapend door te brengen. Om de wintermaanden te overleven, moeten ze wel ‘vet’ genoeg zijn. Dat kan alleen als er voldoende voedsel aanwezig is in de vorm van bramen, noten en andere zaden. In kale bosranden zonder struiken en hazelnootstruiken is dat onmogelijk, maar gelukkig zijn er in Limburg weer steeds vaker mooie bosranden te vinden en zelfs heggen en hagen waar de dieren voldoende voedsel in kunnen vinden.
Record aantal nesten
Omdat de hazelmuis erg zeldzaam is, niet alleen in Nederland, maar in heel Europa, wordt de soort al jarenlang goed gevolgd door enthousiaste vrijwilligers in het kader van het Netwerk Ecologische Monitoring (NEM). De hazelmuis wordt al sinds 1992 gevolgd door middel van het tellen van nesten langs bosranden en in hagen. In de jaren ’90 waren de aantallen erg laag en werd gevreesd voor het verdwijnen van de soort uit Nederland. Gelukkig zijn er vanaf eind jaren ’90 volop beschermingsmaatregelen genomen, die er voornamelijk op gericht zijn om structuurrijke bosranden te behouden of weer te krijgen. Zo kan bij scherpe overgangen tussen bos en grasland de bosrand worden teruggezet om ruimte te creëren voor een struiklaag met bessen en noten. Sinds het nemen van de maatregelen laat de soort dan ook een gezonde groei zien en de tellingen van 2014 laten zien dat de populatie een recordhoogte had bereikt. Op alle 48 getelde routes werden maar liefst 535 (!) nesten waargenomen. Een prachtig resultaat in vergelijking met eerdere jaren, waarin soms slechts 200 nesten werden geteld.
De tellingen laten ook zien dat vooral de populatie in het Vijlenerbosch flink is toegenomen (zie hieronder). De populatie ten westen van de Geul, in het Onderste en Bovenste bos, groeit ook, maar de groei blijft helaas ver achter bij die van het Vijlenerbosch. De komende jaren wordt geprobeerd om de geïsoleerde bossen ten westen van de Geul weer met elkaar te verbinden. De hoop is dat met meer beschermingsmaatregelen ook deze populatie de komende jaren in aantal zal toenemen.
Vooruitzicht voor 2015
Het vooruitzicht voor 2015 is gematigd positief. Meestal wordt een piekjaar, zoals 2014, gevolgd door een daljaar. Door de warme zomer zijn de hazelmuisjes echter vroeg begonnen met de voortplanting, waardoor wellicht toch meer jongen groot zijn geworden en meer jongen betekent meer nesten. Spannend wat de tellingen deze herfst gaan opleveren!
Meehelpen?
Natuurliefhebbers die zin hebben om mee te helpen bij de monitoring (zoeken van nesten in de periode 15 september tot en met 30 november, twee maal een dag), kunnen zich aanmelden bij Neeltje Huizenga van het Bureau van de Zoogdiervereniging (vrijwilligers@zoogdiervereniging.nl). Ervaring is niet vereist, wel een scherp oog en zin om meerdere jaren achterelkaar een paar mooie dagen langs bosranden te lopen in Zuid-Limburg.
Tekst: Maurice La Haye, Neeltje Huizenga en Wesley Overman, Bureau van de Zoogdiervereniging en Tom van der Meij, CBS
Foto: Maaike Plomp
Figuren: Bureau van de Zoogdiervereniging