Tipvideo: Veel vogels door slim voeren
Bericht uitgegeven op [publicatiedatum]
In de winter kunnen vogels wel wat extra voedsel gebruiken. En wie slim voert, kan de mooiste soorten naar de tuin lokken. Jasper de Ruiter van Vogelbescherming Nederland weet precies welke vogel wat lekker vindt.
Zaadeters
In deze eerste aflevering staan de zaadeters centraal, zoals mussen, vinken en groenlingen. Wat geef je ze precies te eten en op welke manier? In de komende weken komen ook ander groepen aan bod, waaronder de boomklauteraars (specht, boomklever), de insecteneters (roodborst, winterkoning) en de mezen (koolmees, pimpelmees).
Mussen
Huismussen zijn brutaal en leren snel nieuwe manieren om voedsel te bemachtigen. Strooi stukjes bruin brood of een mengsel van zaden op een voederplank of een open plek op de grond. Liefst in de buurt van een struik of boom zodat ze snel kunnen wegvluchten. De huismus is een grijsbruine vogel met bruin, zwart, wit getekende vleugels. De ringmus kun je herkennen aan zijn bruine kruin en zwarte wangvlekken.
Groenling
De groenling is een vinkachtige en kun je herkennen aan de gele vleugelvlekken. Ze zijn dof tot glanzend geelgroen. Groenlingen zijn gek op zaden, zonnebloempitten en pinda’s. Ze zijn behendig genoeg om uit een voedersilo te eten, maar ze foerageren ook graag op de grond.
Vinken
De vinken zijn wat onhandiger dan mussen en groenlingen. Je ziet ze soms op een voederplank, maar het liefst eten ze gewoon op de grond. Ze hebben een voorkeur voor kleine zaden en havermout. Vinken kun je herkennen aan de witte vleugelstreep. Mannetjes hebben een blauwgrijze kruin, vrouwtjes een grijze.
Tuinvogeltelling
Op 17 en 18 januari vindt de tuinvogeltelling van Vogelbescherming plaats. Je kunt je inschrijven via tuinvogeltelling.nl.
Tekst en film: Vroege Vogels
Foto's: Ruud van Beusekom, Vogelbescherming Nederland; Regani