Niet stoken wanneer de Kauw komt
Bericht uitgegeven door Natuurpunt Studie [land] op [publicatiedatum]
Er gaat in de zomer geen week voorbij of er lopen vragen binnen over kraaien. Het gaat dan doorgaans over Zwarte kraaien, of over Roeken, want veel mensen kennen het verschil niet. De sympathiekste en meest speelse uit de familie, de Kauw, ontsnapt vaak aan al die kraaienverwijten. ‘s Winters ligt dat enigszins anders, omdat Kauwen dan "verdacht" samentroepen. Misschien zijn het zijn lichtblauwe oogjes die het verschil maken. Of misschien is het omdat de Kauw zo’n huiselijke beestje is met een gezellig en herkenbaar familiegevoel. Toch blijkt net deze sympathieke dwergkraai een aardig gevaar voor de mens.
Uit de kraaienfamilie is de Kauw diegene die zich veruit het best heeft weten aanpassen aan de mens en vooral aan onze verstedelijkte omgeving. Het dichtbevolkte Vlaanderen is dan ook een heus bolwerk voor de soort. In de broedecologie vinden we het puzzelstuk dat de soort met ons bindt: Kauwen broeden van nature in boomholtes, oude populieren en knotwilgen zijn favoriete broedbomen. Maar onze bouwstijl overtrof dat natuurlijk boomcomfort, zowel in kwaliteit als kwantiteit. Kauwen lijken ons haast te bedanken om met z’n allen zo’n stenen nestkast op het dak te metsen. Uiteraard doen ze het goed: het is de enige soort die mag rekenen op grootschalige gratis nestkastvoorziening.
Het zal jouw schoorsteen maar wezen
Kauwen zijn fanatieke nestbouwers: op enkele dagen tijd laden ze een voor hen te groot of te diep bevonden ruimte vol met stevige takken. Zo’n nest kan gigantische proporties aannemen, afhankelijk van de breedte van de schouw en de diepte waarop het hoogste steunpunt voor het nest zich bevindt. Nesten van enkele meters hoog zijn dan ook geen uitzondering. Op zich is dat niet erg storend: zelden hoor je jonge Kauwen tot in de woonruimte bedelen. Overigens: veel mensen weten niet eens welke kleur hun dakpannen hebben, of er dakpannen of leien op het dak liggen. Laat staan dat ze weten hoe de schouw er precies uitziet, en of daar met de regelmaat van de klok een Kauw op zit… of in duikt.
Tot de stoof aan moet
Bij de eerste echte kou in het najaar vatten de sterk verdroogde takken gemakkelijk vuur, met een schoorsteenbrand tot gevolg. Dat is dan nog de "onschuldige" piste. Wanneer giftige gassen zich na de verbranding opstapelen in de schouw onder het dikke nest, verspreiden ze zich in de woonruimtes. De bewoners riskeren op die manier het slachtoffer te worden van CO-vergiftiging. Van de circa duizend slachtoffers van CO-vergiftiging kenden er 32 een dodelijke afloop in 2011. De vergiftiging is dus niet altijd het gevolg van een slecht werkend verwarmingstoestel.
Kauwen genieten wel bescherming: ze mogen niet gedood, gevangen of verstoord worden, ook aan hun nesten mag niet geroerd worden. Vogelbescherming Vlaanderen en het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) lanceerden daarom zopas een informatiecampagne om het schouwprobleem aan te pakken. Daaruit blijkt dat maatregelen eenvoudig en helemaal niet duur zijn. Bewoners met open schouwen laten de schouw aan het einde van de zomer best door een erkend schoorsteenveger reinigen en controleren op de aanwezigheid van een Kauwennest. Door het aanbrengen van een simpel metalen rooster (bij voorkeur uit inox) rond de rookgaten, blijft de schouw in de toekomst Kauwvrij. Eerder dit jaar stelde het Agentschap voor Natuur en Bos samen met Vogelbescherming Vlaanderen een folder samen, die nu beschikbaar is. “Deze periode is gekozen omdat dit het ideale moment is om preventieve maatregelen te nemen”, zegt Dirk Bogaert, woordvoerder van het ANB.
Heb je sympathie voor de Kauw op je dak en wens je een broedalternatief aan te bieden aan de stadsvogel, voorzie dan een nestkast tegen een hoogstammige boom, zoals een plataan of een beuk. Kauwen broeden in kasten met afmetingen die voldoen voor de Bosuil en de Holenduif. Zo raken we deze praatgrage kraai niet helemaal kwijt en hoeft hij geen gevaar te betekenen.
Tekst: Gerald Driessens, Natuurpunt Studie
Foto’s: Leo Janssen & Dieder Plu