Grauwe klauwier broedt weer in De Maashorst
Sovon Vogelonderzoek NederlandBericht uitgegeven door Sovon Vogelonderzoek Nederland en Vogelbescherming Nederland [land] op [publicatiedatum]
Na jaren van afwezigheid heeft er dit jaar weer een paartje grauwe klauwieren gebroed in natuurgebied De Maashorst in Noord-Brabant. Een kroon op het werk voor de inrichtingsmaatregelen die in dit gebied zijn genomen in het kader van het Jaar van de Klauwieren (2012). In voorgaande jaren werden al wel eens volwassen mannetjes gesignaleerd, maar er werd niet gebroed. Dit jaar zag een vogelkenner van de Vogelwerkgroep Uden echter eindelijk een jonge grauwe klauwier, waardoor met zekerheid een broedgeval is vastgesteld.
De Maashorst ligt in Noordoost-Brabant tussen de plaatsen Oss, Nistelrode, Herpen, Zeeland en Uden en is met 3.500 hectare het grootste aaneengesloten natuurgebied van Noord-Brabant. In het gebied wisselen heidevelden, weiden, naaldbos, stuifduinen en loofbos elkaar af, terwijl hoogteverschillen en open vlakten het landschap aantrekkelijk maken. In De Maashorst komen natte en droge gronden vlak naast elkaar voor, wat het gebied een afwisselende flora en fauna geeft. Ideaal gebied voor klauwieren, zou je zeggen. Maar de afgelopen decennia was De Maashorst toch niet meer geschikt genoeg voor grauwe klauwieren om te broeden. Er waren niet genoeg grote insecten meer te vinden, de belangrijkste voedingsbron voor klauwieren. Bovendien waren er niet genoeg veilige broedplekken in het gebied.
Meer doorns voor de spieskoning
Daarom zijn door Staatsbosbeheer, in samenwerking met de provincie Noord-Brabant en Natuur- en Milieuvereniging Maashorst, afgelopen voorjaar inrichtingsmaatregelen genomen om de grauwe klauwier weer terug te krijgen. De maatregelen werden uitgevoerd in het kader van het Jaar van de Klauwieren (2012) en het project werd ondersteund door Vogelbescherming Nederland, Sovon Vogelonderzoek, Stichting Bargerveen en het Prins Bernhard Cultuurfonds.
Doornachtige struiken als meidoorn en braam zijn geplant, en zorgen voor geschikte broedlocaties. In doornachtige struiken zijn de nesten van klauwieren veilig tegen indringers en rovers. En de struiken worden ook nog eens gebruikt als voorraadkast, want klauwieren spiesen hun prooien vaak op stekels en doorns om in tijden van schaarste een voorraadje voedsel achter de hand te hebben. Verder zijn er stroken land ingezaaid met graan en akkerkruiden en zijn er kleine stukjes natuurgebied verschraald, waarbij de bovenste laag is afgegraven. Deze maatregelen maken het gebied aantrekkelijk voor grote insecten, en dus ook aantrekkelijk voor de grauwe klauwier. En dat bleek meteen al dit jaar.
De ambassadeur is terug
Enkele jaren geleden werd de grauwe klauwier tot ambassadeur van De Maashorst uitgeroepen. Want als de zeldzame grauwe klauwier weer in het gebied zou gaan broeden, zou dat een zeer positief signaal zijn. Ze broeden namelijk alleen in gebieden met een gezonde biodiversiteit met veel libellen, sprinkhanen, kevers, amfibieën en reptielen. Nu de eerste ambassadeur al zo snel is teruggekeerd, hopen ze in De Maashorst uiteraard op meer. En dat kan. Want dit najaar worden in het gebied nog poelen aangelegd en sloten gedempt, waardoor de bodem natter wordt. Al deze maatregelen zorgen voor kleine, natte weiden met meidoorn en dat is ideaal voor de klauwier, die zich thuis voelt in zo’n kleinschalig cultuurlandschap. Hopelijk weten volgend jaar dan nog meer ambassadeurs De Maashorst te vinden.
Tekst: Anne Voorbergen, Vogelbescherming Nederland
Foto: Stichting Bargerveen