Bijendodende pesticides ook giftig voor akkervogels
Bericht uitgegeven door Natuurpunt Beleid [land] op [publicatiedatum]
Afgelopen weken doken de neonicotenoïden – de nieuwste generatie pesticiden – geregeld op in het nieuws. Stapels studies tonen aan dat deze pesticiden erg toxisch zijn voor bijen. Maar uit nieuw onderzoek blijkt dat ook andere organismen niet gespaard blijven. Een Spaanse studie, eerder dit jaar gepubliceerd in het vakblad Ecotoxicology, koppelt het gebruik van deze pesticiden aan de achteruitgang van een graanetende akkervogel, de Rode patrijs. Natuurpunt hoopt dat dit nieuw onderzoek de Europese lidstaten wakker schudt en hen ervan overtuigt om nu maandag te stemmen voor een tijdelijk en beperkt verbod op het gebruik van de drie meest giftige neonicotinoïden op de aantrekkelijke teelten voor bijen.
Wat zijn neonicotinoïden?
Neonicotinoïden maken intussen reeds 24% uit van de wereldmarkt voor insecticiden. Een populaire vertegenwoordiger is Imidacloprid, geproduceerd door Bayer CropScience. Het zijn systemische pesticiden, die via de sapstromen opgenomen en verspreid worden naar het volledige plantenweefsel. Hierdoor is de plant van binnenuit beschermd tegen vraat.
Dodelijk zaad
De Spaanse studie onderzocht het effect van behandelde zaden op de overleving en het voortplantingssucces bij Rode patrijs (Alectoris rufa). In de studie werden drie verschillende pesticiden getest. Het gaat om de fungicides Thiram en Difenoconazole en de neonicotenoïde Imidacloprid.
Kuikens kregen gedurende een periode van 10 dagen, behandelde granen te eten. 42% van de kuikens die met Thiram behandelde zaden gevoederd kregen stierven, voor Imidacloprid liep het sterftecijfer zelfs op tot 58%. Daarbovenop traden ook sublethale effecten op zoals een verlaging van de concentraties cholesterol, proteïnen, calcium en magnesium in het bloedplasma van de Rode patrijs, wat wijst op uitputting. Ook de eieren waren gemiddeld kleiner en eieren werden minder bevrucht.
Veel typische akkervogels, zoals de patrijs, de grauwe gors en de ringmus, zijn afhankelijk van granen, en kunnen bij het foerageren in contact komen met behandelde zaden. De onderzochte pesticiden worden eveneens gebruikt als bladsproeiïng en volleveldsbehandeling. Via lekkage in de bodem, het grondwater en het oppervlaktewater kunnen de vogels ook in aanraking komen met deze pesticiden.
Dit was een eerste onderzoek en de onderzoekers beklemtonen dat de resultaten gebaseerd zijn op een klein aantal overlevende vogels. Meer onderzoek is nodig. De conclusies lijken er evenwel op te wijzen dat deze nieuwe generatie pesticiden niet alleen erg dodelijk zijn voor bijen, maar ook voor de al erg geteisterde akkervogels.
Redt Europa onze bijen en vogels?
Nu maandag stemmen de Europese lidstaten opnieuw over een tijdelijk en beperkt verbod op de drie meest giftige pesticiden voor bijen (de zogenaamde neonicotinoïden). Op basis van stapels wetenschappelijk onderzoek concludeerde het Europees Voedselveiligheidsagentschap eerder dit jaar dat het gebruik van neonicotinoïden een groot risico inhield voor bijen en andere bestuivers. Ze adviseerde om het gebruik ervan te verbieden op de meest bijenvriendelijke teelten. Nadat de Europese lidstaten er niet in slaagde om in maart tot een gekwalificeerde meerderheid te komen, krijgen ze nu een herkansing. België stemde voor het verbod en zal dat nu opnieuw doen. Dit is een eerste stap om onze bijen en vogels te redden.
Natuurpunt vraagt België om daarbovenop bijkomende maatregelen te nemen. Een verbod op enkel de meest aantrekkelijke teelten voor bijen voorkomt immers niet dat deze extreem toxische stoffen in de bodem of het oppervlakte- en grondwater terechtkomen, noch dat akkervogels zoals de patrijs een graantje meepikken.
Ana Lopez-Antia et al, Ecotoxicology, 2013, Experimental exposure of red-legged partridges (Alectoris rufa) to seeds coated with imidacloprid, thiram and difenoconazole
Tekst: Jens D'Haeseleer, Natuurpunt Studie & Annelore Nys, Natuurpunt Beleid
Foto: Philippe Vanmeerbeeck