Aanpassing uitstroomgat bij de rijshoutendam en de verzwaring met bigbags

Eerste resultaten experiment klimaatbuffer Zuidwest Ameland

13-MRT-2013 - Een niet te onderschatten dynamiek van de zee heerst aan de zuidwestkust van Ameland. Dat is wat de tussenstand van de eerste twee experimentele maatregelen van het project ‘Klimaatbuffer Zuidwest Ameland’ laat zien. In augustus 2012 startten zeven natuur- en overheidsorganisaties dit project. Het moet zorgen voor meer kennis over de combinatie tussen natuurbehoud en kustverdediging langs de kust van het eiland. Zij maken zich nu op voor het derde en laatste deel van het experiment: het effect van mossel- en oesterbanken.

Bericht uitgegeven [land] op [publicatiedatum]

Een niet te onderschatten dynamiek van de zee heerst aan de zuidwestkust van Ameland. Dat is wat de tussenstand van de eerste twee experimentele maatregelen van het project ‘Klimaatbuffer Zuidwest Ameland’ laat zien. In augustus 2012 startten zeven natuur- en overheidsorganisaties dit project. Het moet zorgen voor meer kennis over de combinatie tussen natuurbehoud en kustverdediging langs de kust van het eiland. Zij maken zich nu op voor het derde en laatste deel van het experiment: het effect van mossel- en oesterbanken.

Aan de kust van Zuidwest Ameland ligt De Feugelpôlle. Deze kwelder is een broedplaats van de op één na grootste kolonie grote sterns in West-Europa. Kwelders kunnen meegroeien met de stijgende zeespiegel en zijn daardoor in potentie natuurlijke klimaatbuffers. Door golf- en stroomerosie is inmiddels een deel van De Feugelpôlle verdwenen. Om ervaring op te doen met natuurlijke klimaatbuffers zijn zeven partijen (Staatsbosbeheer, Wetterskip Fryslân, Ministerie van I&M, gemeente Ameland, programma Rijke Waddenzee, de Waddenvereniging en de vogelwacht Hollum-Ballum) het project ‘Klimaatbuffer Zuidwest Ameland’ gestart.

Aanpassing uitstroomgat bij de rijshoutendam en verzwaring met bigbags (foto: Marjan Veenendaal)

De Feugelpôlle is een uniek stukje natuur, dat bovendien toeristisch aantrekkelijk is en tenslotte ook mogelijk een rol kan spelen in het beter begrijpen van natuurlijke vormen van kustverdediging. Dit experiment is onderdeel van het landelijke innovatieprogramma ‘Natuurlijke Klimaatbuffers’. Overigens is het experiment niet bedoeld ter vervanging van de huidige kustverdedigingswerkzaamheden door Rijkswaterstaat en Wetterskip Fryslân. Mogelijk kan het daarop wel een aanvulling vormen.

Tussenstand
Het project bestaat uit drie experimentele maatregelen. Het eerste deel betreft het aanbrengen van een grote kleischelpenbank aan de voet van de kwelder. Bij de tweede maatregel gebeurt hetzelfde, maar dan in combinatie met het plaatsen van rijshoutendammen. Deze eerste twee stappen van het project gingen in augustus 2012 van start en zijn inmiddels klaar. Een tussentijdse evaluatie laat zien dat de invloed van de stroming indrukwekkend is en in korte tijd effect heeft op de rijshoutendammen en de aangebrachte kleischelpen. De kleischelpenbank en rijshoutendammen bleken op een aantal plekken niet bestand tegen het aanhoudende geweld van het water. Door een paar kleine aanpassingen met zandzakken en een verbreding van de stroomgaten in de dammen, wordt de enorme kracht van de zee enigszins opgevangen. Een nieuw gegraven geul moet voor extra afwatering zorgen.

Bijeenkomst
Op 21 maart beraden de zeven partijen zich samen met verscheidene experts over de derde maatregel. Dit laatste deel van het experiment bestaat uit het aanbrengen van een kleischelpenbank in combinatie met een onderliggende laag voor schelpdieren. Hierbij wordt kennis van de projecten Waddensleutels en Mosselwad benut, evenals kust morfologische kennis van Rijkswaterstaat.

Tijdens de bijeenkomst staan vooral twee vragen centraal. Uit welk substraat moet de betreffende laag bestaan? Wat is de meest geschikte locatie in de kwelder? Uiteraard neemt de projectgroep in het overleg de ervaringen van het eerste half jaar mee. Twee belangrijke vragen dringen zich daarbij op. Zijn natuurlijke klimaatbuffers in dit kustgebied mogelijk in aanvulling op de al geplande kunstmatige ingrepen? En kan de natuur en het toerisme daarin meeprofiteren?

Tekst: Staatsbosbeheer
Foto: Marjan Veenendaal