Grote paddentrek barst los na lange winter
Bericht uitgegeven door Natuurpunt Studie [land] op [publicatiedatum]
De aanhoudende winter hield amfibieën dit jaar lang in winterslaap. Deze week kwam daar verandering in. Met maxima van 15 °C en geen nachtvorst meer en een zachte lenteregen, waren de trekomstandigheden gisteravond zeer gunstig. Padden, kikkers en salamanders ontwaken massaal en de grote paddentrek is eindelijk begonnen (maar zal even gauw weer stilvallen).
Amfibieën brengen de winter meestal door aan land, verstopt onder bladeren, een houtmijt of ingegraven in een ondergronds holte. In het voorjaar ontwaken ze en gaan ze op pad naar hun voortplantingspoel. Doel: een partner zoeken en eitjes afzetten. Door het dichte Vlaamse wegennet, moeten veel amfibieën tijdens die tocht een weg oversteken. Vaak eindigt zo’n tocht ‘op weg naar nieuw leven’ in een platte dood.
Natuurpunt coördineert jaarlijks in heel Vlaanderen paddenoverzetacties. Langs de trekroutes worden schermen geplaatst die de amfibieën naar ingegraven emmers leiden. Vrijwilligers controleren die ‘paddenvallen’ dagelijks en zetten alle amfibieën veilig over naar de andere kant van de straat. In 2012 werden in 109 Vlaamse steden en gemeenten 236 overzetacties georganiseerd, goed voor 160.981 amfibieën die levend de weg werden overgezet. Het gaat vooral om Gewone pad (80%), Bruine kikker (12%) en Alpenwatersalamander (3%). Maar ook zeldzame soorten als Rugstreeppad, Heikikker, Kamsalamander en Vuursalamander worden soms in de emmers aangetroffen.
De hoogste aantallen amfibieën werden gered in Antwerpen (47.923), gevolgd door Limburg (34.089), West-Vlaanderen (29.658), Oost-Vlaanderen (28.895) en Vlaams-Brabant (20.416). Topgemeenten waren Beringen (daar werden niet minder dan 17.190 amfibieën gered), Merksplas (10.096), Ieper (7.187), Ranst (4.896), Gavere (4.439), Poperinge (4.010) en Malle (3.853). Toch noteerden vrijwilligers vorig jaar nog 9.242 verkeersslachtoffers. Dit is slechts het topje van de ijsberg. Op heel wat trekroutes is er immers geen ‘padden rescue team’ actief en het werkelijke aantal verkeersslachtoffers ligt dus vaak aanzienlijk hoger.
Door de relatief koude wintermaanden komt de trek in 2013 pas laat op gang. Doorgaans bouwt de paddentrek langzaam op met een trage start midden tot eind februari om te pieken in de eerste of tweede week van maart. Dit jaar was er nauwelijks zo’n aanloopfase en brak de paddentrek gisteren in alle geweld los. Op verschillende plaatsen werden gisteravond honderden amfibieën per locatie overgezet. Amfibieën zijn vooral schemerdieren. De trek vat aan rond 19:00 en stopt rond middernacht. Natuurpunt roept automobilisten op om aandacht te hebben voor de paddentrek en hun snelheid te minderen tot 30 km/u op de aangegeven plaatsen. Reden: bij lagere snelheden kunnen bestuurders overtrekkende padden gemakkelijker opmerken en ontwijken. Minstens even belangrijk: bij snelheden hoger dan 30 km sneuvelen ook veel amfibieën door het 'aanzuigeffect' van het voorbijrazende verkeer.
Ook vrijdagavond en zaterdagavond zijn de trekomstandigheden behoorlijk maar daarna komt de winter even terug. Ergens tussen zaterdagavond en zondagmiddag trekt een koufront over ons land met onderkoelde regen en later zelfs met kans op sneeuwbuien. De temperatuur gaat in vrije val en de paddentrek zal (nog voor hij goed op gang is) opnieuw volledig stilvallen. Mogelijk zal de winterprik aanhouden tot 21 maart en wordt het dus nog een poos wachten op een tweede paddengolf.
Voor de organisatie van de paddenoverzetacties kunnen we rekenen op de ondersteuning van Froggy.
Tekst: Dominique Verbelen, Natuur.studie
Foto's: Luc Verhelst, Hugo Willocx, Joris Pinseel, Myriam Goens