Hubert ontdekt keizer van het zuidelijk halfrond
Bericht uitgegeven door Natuurpunt Studie [land] op [publicatiedatum]
Een driekoppig team onder leiding van de Belgische poolreiziger Alain Hubert heeft begin december in het oosten van Antarctica een nieuwe kolonie Keizerpinguïns ontdekt. De kolonie telt maar liefst 9.000 dieren. Sattelietbeelden uit 2009 deden eerder al vermoeden dat er een kolonie pinguïns aanwezig moesten zijn. Toch is de ontdekking van een kolonie van dergelijke grootte van belangrijke ecologische waarde.
Keizerpinguïns leven op het pakijs langs de gehele kust van Antarctica. Met hun 1,2 meter zijn ze de grootste pinguïns ter wereld. Nadat het vrouwtje één enkel ei legt, zal het mannetje dat uitbroeden en ook het grootbrengen van het jong voor zijn rekening nemen. Dat gebeurt midden in de Antarctische winter in extreme omstandigheden, wanneer het -50°C vriest. Ze zijn dan ook beter aangepast aan de koude dan gelijk welke andere vogelsoort.
Drie jaar geleden ontdekten Britse wetenschappers en hun Amerikaanse collega's bij het bestuderen van sattelietbeelden zwarte uitwerpselen die afstaken tegen de sneeuw langs de oostkust van het Zuidpoolgebied. Dat deed vermoeden dat daar een voorheen ongekende kolonie Keizerpinguins moest voorkomen. Hoewel niemand de vogels ooit in levende lijve had gezien, beschreven de wetenschappers hun ontdekking in een artikel.
Dat artikel kwam ook poolreiziger Alain Hubert onder ogen. Hubert is tussen november en februari verantwoordelijk voor de praktische en technisch ondersteuning van vijf wetenschappelijke teams die op de Zuidpool onder meer de evolutie van het poolijs onderzoeken vanuit de Belgische onderzoeksbasis Prinses Elisabeth.
Begin december maakte Hubert deel uit van een team dat wetenschappelijk onderzoek uitvoerde op de Derwaelijsberg, op zo’n 50 km van de vermoede kolonie. Nadat hij al vele Keizerpinguins was tegengekomen tijdens zijn werk in het oostelijk Zuidpoolgebied, besloot de expeditieleider begin december 2012 samen met twee van zijn teamleden, Kristof Soete en Raphaël Richard, op zoek te gaan naar de kolonie. Groot was hun verbazing toen ze nabij de Prinses Ragnhildkust vijf kolonies van elk maar liefst 1000 dieren aantroffen. Toen ze de volgende dag terugkeerden voor een nieuwe telling, kwamen ze op een totaal van minstens 9.000 dieren. Een onverwacht groot aantal!
De vondst is een opsteker voor de Keizerpinguin, zeker aangezien bijna driekwart van de kolonie uit kuikens bestond. Hoewel hun populatie wordt geschat op zo'n 400.000-450.000 dieren, wordt hun voortbestaan bedreigd door de opwarming van de aarde en de gevolgen van de commerciële visserij. In 2012 werd hun internationale beschermingsstatus door het IUCN (International Union for Conservation of Nature),dan ook verhoogd van 'niet bedreigd' naar 'gevoelig'.
Tekst: Griet Nijs, Natuurpunt Studie
Foto's: International Polar Foundation