Het Kleine Orchideeën Kwartet: Deel 1 Kleine keverorchis
Bericht uitgegeven door de Werkgroep Europese Orchideeën [land] op [publicatiedatum]
Dat orchideeën een opvallende groep planten zijn staat buiten kijf. Dat er echter ook soorten zijn die minder uitbundig bloeien, is bij veel mensen niet bekend. Deze soorten vallen door hun kleur en geringe afmetingen gewoonweg minder op. Reden om dit illustere kwartet eens onder de loep te nemen, te beginnen met Kleine keverorchis. Deze kleine orchidee is tot eind mei of begin juni in bloei te vinden op de Waddeneilanden Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog.
Naaldbosneofiet
Kleine keverorchis (Neottia cordata) is nog niet zo lang in Nederland. Naar verluidt is zaad meegekomen met het aanplanten van dennen waarmee men trachtte het verstuivende zand vast te leggen. Hierna vond spoedig spontane vestiging plaats toen deze dennenbossen ouder werden. In 1949 werden de eerste planten ontdekt in een naaldbos op Ameland. In de daaropvolgende jaren werden op alle Waddeneilanden populaties van Kleine keverorchis aangetroffen, met uitzondering van Texel. We kunnen dus met recht spreken van een naaldbosneofiet. Zo noemen we plantensoorten die groeien in naaldbossen en zich na de splitsing van de “oude” en “nieuwe wereld” in ons land hebben gevestigd. Een zeer jonge neofiet in dit geval. Naast Kleine keverorchis worden onder meer het Linnaeusklokje (Linnaea borealis) en Denneorchis (Goodyera repens) tot onze naaldbosneofieten gerekend.
Naam
De wetenschappelijke naam van de Kleine keverorchis is Neottia cordata. Cordata betekent hartvormig (in het engels: cordate) en duidt op de in omtrek hartvormige tegenoverstaande bladen.
Hoe te herkennen?
Kleine keverorchis is relatief klein, slechts vijf tot vijftien centimeter hoog, en te herkennen aan de twee tegenoverstaande groene bladen met een hartvormige bladvoet. De bladen zijn één tot twee centimeter boven de grond aan de stengel geplaatst. De bloeistengel is in de regel behaard. Deze beharing neemt af naarmate de bloei-aar bereikt wordt. De bloei-aar bestaat uit vijf tot vijftien of zelfs twintig kleine bloemen. De kelk- en kroonbladen zijn gespreid en staan wijd open. De lip is tweespletig en bevat twee lange dunne lobben. In het midden van deze lip bevindt zich een nectargroef, die kleine vliegjes en mugjes lokt. De vruchtbeginsels zijn gesteeld, en voordat bestuiving heeft opgetreden ovaalvormig. Na bevruchting worden zij geheel rond en naar verloop van tijd springen zij open tussen de ribben. Kleine keverorchis bloeit in golven, waarbij de eerste bloeiende planten reeds in de tweede week van april bloeiend aangetroffen kunnen worden. De bloeiperiode strekt zich uit tot in begin juni.
Variabiliteit
Soms zijn er drie bladen aanwezig (forma trifoliata). Het derde blad bevindt zich meestal halverwege de bloeistengel.
Waar te vinden?
Tot eind jaren tachtig kwam Kleine keverorchis ook voor op het vaste land (Drenthe). Anno 2012 wordt de soort alleen aangetroffen op de Waddeneilanden Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog. Wie Kleine keverorchis (verse planten) wil zien heeft nog tot het einde van mei de gelegenheid. Vanaf eind mei zijn de meeste planten namelijk reeds uitgebloeid. Een echte “hot-spot” is Terschelling. Het beste advies is om een stuk te gaan fietsen door de vele bossen die het eiland rijk is. Kleine keverorchis staat op plekken waar relatief oude dennen staan en een ondergroei van struiken ontbreekt. De strooisellaag kenmerkt zich door klauwtjesmossen, dennennaalden en enkele sprietjes Zandzegge (Carex arenaria).
Waarnemingen doorgeven
Als u ook een Kleine keverorchis heeft gezien, voer hem dan in op waarneming.nl. Op die manier kunnen we de verspreiding beter in kaart te brengen.
Het Kleine Orchideeën Kwartet
Dit was het eerste deel van het ‘Het Kleine Orchideeën Kwartet’. De andere drie delen over Dennenorchis, Honingorchis en Veenmosorchis verschijnen eind juni en begin juli op Natuurbericht.nl.
Tekst: Mark Meijrink en Mark Engels, Werkgroep Europese Orchideeën
Foto: Mark Meijrink