Vlinders in beweging (1): vlindertrek!
Bericht uitgegeven door Natuurpunt Studie [land] op [publicatiedatum]
2013 zal niet geboekstaafd staan als het beste vlinderjaar. Integendeel zelfs. De aantallen dagvlinders zijn over het algemeen erg laag. Wat nachtvlinders betreft, duwde de warmte van de afgelopen dagen voor het eerst dit jaar de aantallen de hoogte in, al zitten de meest zwoele nachten er ondertussen alweer op. De aankomst van een serie trekvlinders is voor de vlinderaars onder ons wel een eerste lichtpuntje.
De voorbije weken werden al enkele honderden Distelvlinders gezien (met een piek van meer dan 80 exemplaren op dinsdag 18 juni) en evenveel Atalanta’s (met een gelijkaardige piek op dezelfde dag). Zuidelijke wind zorgt duidelijk voor een toevoer van zuidelijke vlinders. Vanaf 17 juni druppelden ook de eerste Oranje luzernevlinders het land binnen. Na nauwelijks drie dagen staat de teller al op 88 exemplaren. Ook van deze toch minder algemene trekvlinder maken we nu dus een kleine invasie mee.
Ook nachtvlinders doen mee: weerom vanaf 17 juni zijn de Kolibrievlinders terug in het land, zij het in lagere aantallen. De Gamma-uil is ook van de partij: er werden deze maand al meer dan 800 exemplaren gemeld, tegenover amper 25 voor de maand mei. Zeldzamere krenten in de trekvlinderpap doken op in de vorm van een Satijnlichtmot in Edegem en een Zuidelijke Bandspanner in de Westhoek.
Vlindertrek kan perfect als een huzarenstukje omschreven worden. Hoewel het merendeel van onze inheemse vlinders geen grote afstanden afleggen, zijn sommige soorten toch in staat om honderden kilometers te overbruggen. Trekvlinders vormen een minderheid van de soorten die in Vlaanderen wel geschikte leefgebieden en waardplanten vinden, maar niet in staat zijn de West-Europese winter te overleven. Daarom zijn ze elk jaar genoodzaakt om Noord-West-Europa opnieuw te koloniseren. Kwetsbare beestjes zoals Distelvlinders kunnen op amper 2 weken een afstand van zo maar eventjes 5000 km overbruggen. Nadat ze hier hun eitjes afzetten, sterven ze. Voor een trekvlinder is het bijgevolg altijd een one-way-ticket. Uit de eitjes zijn tegen de nazomer nieuwe vlinders voortgekomen. Die vliegen dan weer zuidwaarts. Voor sommige soorten betekent dat een ware volksverhuis. De Gamma-uil plant zich in de wintermaanden ondermeer voort in het zuidelijke Middellandse Zeegebied (in Noord-Afrika dus), maar tegen de zomer is de hele populatie weer naar het noorden verhuisd… want dan wordt het deze soort daar veel te warm. Alleen al in het Verenigd Koninkrijk vliegen er in een gemiddelde zomer 340 miljoen Gamma-uilen rond...
Op superzeldzame zuiderse gasten (type Gestreepte pijlstaart) is het nog wachten. Maar dat maakt vlinders kijken zelfs in een matig jaar als 2013 best wel spannend! Vergeet jouw waarnemingen niet in te voeren in waarnemingen.be.
Tekst: Wim Veraghtert, Natuurpunt Studie.
Foto's: Marc Herremans