Dankzij Vogelbescherming minder ganzen gedood
Vogelbescherming NederlandBericht uitgegeven door Vogelbescherming Nederland op vrijdag 13 mei 2011
Nederland, ganzenland. Met dank aan ons eiwitrijke gras, is het hier heerlijk toeven voor de ganzen. Dat doen ze dan ook massaal, wat zowel ecologische als economische schade kan veroorzaken.
Nederland is een ganzenland. Het aantal ganzen in ons land is de laatste decennia flink gegroeid. Ons open land met voedselrijke graslanden en grote waterpartijen is ideaal voor ganzen. Met name in de winter doen verschillende ganzensoorten ons land aan, van sommige soorten overwintert een belangrijk deel van de wereldpopulatie in ons land. Nederland heeft daarom een internationale verantwoordelijkheid om deze vogels gastvrij te ontvangen. Dankzij goede beschermingsmaatregelen broedt de grauwe gans sinds enkele decennia ook weer in ons land. De laatste tien jaar is het aantal grauwe ganzen als broedvogel enorm toegenomen.
Ganzen kunnen schade aan landbouwgewassen en in natuurgebieden veroorzaken. De roep om de toegenomen populaties te reguleren is groot en de afgelopen jaren zijn er honderdduizenden ganzen geschoten. Vogelbescherming Nederland is en blijft fel tegenstander van het schieten van wilde ganzen. Vogelbescherming heeft ontheffingen om te schieten aangevochten, maar helaas zonder succes. Er worden nu jaarlijks 100.000 a 200.000 ganzen in de winter geschoten. In de broedtijd en de zomer worden vele tienduizenden geschoten en dit aantal stijgt sterk. De roep om nog meer te doden is groot. Bovendien vindt er een constante verstoring in de zomer en winter plaats, wat grote gevolgen heeft voor andere kwetsbare vogelsoorten.
Vogelbescherming stond daarom voor de keuze om principieel langs de zijlijn te blijven staan en toe te zien hoe het aantal gedode ganzen blijft toenemen, of om mee te werken aan een situatie waarin minder ganzen gedood worden. Een moeilijke keuze, een duivels dilemma, maar het feit dat er in de praktijk jaarlijks minder gedood gaan worden, heeft ons over de streep getrokken.
De belangrijkste punten uit het akkoord:
• Ganzen in de winter: nu worden er jaarlijks 100.000 tot 200.000 ganzen afgeschoten en dat gaat stoppen. Daarmee kan Nederland de veilige winterbasis zijn voor de ganzen die in de winter ons land aan doen, iets waar Vogelbescherming altijd hard voor geknokt heeft.
• Binnen vijf jaar wordt het ingrijpen in de broedperiode afgebouwd: nu worden zelfs in natuurgebieden eieren geschud en ganzen geschoten met veel onrust tot gevolg voor andere broedende vogels. De schade hierdoor is groot en zal verdwijnen.
• Er blijven 100.000 grauwe ganzen in de broedtijd: nu bestaan er plannen om de aantallen veel sterker te reduceren, met in sommige provincies wel 75%. Door onze inzet is voorkomen dat er minder dan 100.000 broedganzen overblijven.
De overeenkomst is een compromis en dus niet het ideaal dat Vogelbescherming voor ogen heeft. Een onderhandelingsresultaat is nooit wetenschappelijk onderbouwd, maar voor nu is dit het hoogst haalbare voor Vogelbescherming in het belang van de ganzen. Zonder deelname van Vogelbescherming had de situatie voor ganzen in Nederland er nu veel beroerder uit gezien. Vogelbescherming blijft zich inzetten tegen het doden van vogels.
Tekst: Marieke Dijksman, Vogelbescherming Nederland
Foto: Gerard Muskens