Een zeldzame gast: de bladhoopchampignon
Nederlandse Mycologische VerenigingBericht uitgegeven door de Nederlandse Mycologische Vereniging op zondag 19 juli 2009
Snipper-, blad- en composthopen blijven bijzondere plaatsen om paddenstoelen te zoeken. Onlangs is een champignon aangetroffen die slechts twee maal eerder in Nederland gevonden werd, de bladhoopchampignon.
De bladhoopchampignon (Agaricus rufotegulis) behoort tot een groep soorten die vrijwel uitsluitend in de tropen wordt gevonden. Waar ze oorspronkelijk vandaan komt, is nog steeds niet duidelijk. Oorspronkelijk is ze beschreven van een vondst in Nederland. Later is ze ook elders enkele malen gevonden. Door omzetting in grote hopen materiaal als snippers en blad ontstaan hoge temperaturen en komen in korte tijd allerlei afbraakproducten vrij. Dit geeft deze bijzondere champignon blijkbaar een kans om te verschijnen.
Er zijn meerdere champignonsoorten die het goed doen op gecomposteerd materiaal. Ook onze supermarktchampignon wordt gekweekt op compost. Deze is echter zelden in het ‘wild’ te vinden. In Nederland kunnen meer dan 40 soorten champignons gevonden worden. Ze komen voor in naald- en loofbossen, wegbermen en weilanden. Dit laatste vooral als er weinig of geen kunstmest wordt gebruikt en er paarden grazen.
Veel champignons zijn goed herkenbaar als champignon, maar wees voorzichtig want lang niet alle wilde soorten champignons die in Nederland te vinden zijn, zijn eetbaar. Een aantal zijn ongenietbaar en leveren maag- en darmklachten op. Bovendien hebben vrijwel alle vergiftigingen met dodelijke afloop door het eten van wilde paddenstoelen te maken met vergissingen van mensen die dachten wilde champignons te vinden. Champignons hebben vaak een opvallende geur en smaak variërend van anijs, karbol tot visachtig. Onze supermarktchampignons komen in wit, bruin en licht geschubd voor zoals de portabellochampignon. Toch zijn het alle drie varianten van dezelfde soort de gekweekte champignon (Agaricus bisporus). Dit laat zien hoeveel variatie er binnen een soort kan zijn en waarom het vaak zo moeilijk is de soorten van elkaar te onderscheiden.
Tekst & foto’s: Menno Boomsluiter Nederlandse Mycologische Vereniging