Wie Koekoekt daar?
Sovon Vogelonderzoek NederlandBericht uitgegeven op dinsdag 29 april 2008 door SOVON
Is het een sperwer? Nee, het is een koekoek. Deze twee soorten worden nogal eens met elkaar verward. Ze zijn allebei grijzig en hebben een lange staart. Vanaf nu zijn de koekoeken overal te horen. Ze roepen hun eigen naam, dus dat is gemakkelijk: 'koe-koek, koe-koek'. Soms wel minutenlang. Een vogel die zijn eigen naam noemt, heet met een moeilijk woord onomatopee. Ook de tjiftjaf en de grutto roepen hun eigen naam.
Vroeger dacht men dat koekoeken in het najaar in de modder kropen om er in het voorjaar weer uit te komen. Tegenwoordig weten we wel beter. Ze vertrekken in september en keren eind april terug naar ons land om te broeden.
De koekoek is een vreemde eend in de vogelbijt. Ze broeden niet zelf, maar leggen hun eieren bij andere vogels in het nest. Dit doen ze niet zomaar lukraak en bij iedere soort. Nee, iedere koekoek heeft een eigen zogenaamde waardvogel. Dit zijn altijd kleine zangvogels zoals de kleine karekiet, bosrietzanger of heggenmus.
Koekoeken kiezen het moment van het ei leggen in het nest heel zorgvuldig. Immers, heeft de waardvogel door dat er een andere vogel bij zijn nest is geweest, dan laat hij het nest in de steek. Is de waarvogel even uit het zicht verdwenen, dat legt het koekoekvrouwtje binnen een paar seconden een ei in het nest van de gastouder.
Net voordat de eigenlijke jongen uit het nest uit zouden komen, komt de jonge koekoek uit het ei en werkt hij één voor één de andere eieren uit het nest, zodat hij het rijk alleen heeft. Heel bruut natuurlijk, maar toch ook wel bijzonder.
Tekst: Harvey van Diek, SOVON
Figuur: Naturgeschichte der Vögel Mitteleuropas, Nauman