Bloei witte els Alnus incana door Paul Busselen.
http://www.plantaardigheden.nl/indexen/kulak/fotos_a.htm

Witte en zwarte elzen komen in bloei

De Natuurkalender
13-JAN-2012 - Door de extreem zachte december en het nog warmere begin van januari hebben de uitheemse elzen al weer hun voornaamste bloeiperiode gehad. Vanaf nu zullen echter de witte en zwarte elzen in bloei gaan komen. Daarnaast zal het aantal bloeiende hazelaars zich steeds verder gaan uitbreiden. De lichte vorst die vanaf zondag verwacht wordt zal de ontwikkeling tijdelijk afremmen.

Bericht uitgegeven door Allergieradar.nl [land] op [publicatiedatum]

Door de extreem zachte december en het nog warmere begin van januari hebben de uitheemse elzen al weer hun voornaamste bloeiperiode gehad. Vanaf nu zullen echter de witte en zwarte elzen in bloei gaan komen. Daarnaast zal het aantal bloeiende hazelaars zich steeds verder gaan uitbreiden. De lichte vorst die vanaf zondag verwacht wordt zal de ontwikkeling tijdelijk afremmen.

Bloei zwarte els (foto: Paul Busselen)Het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) telde de afgelopen week maar enkele elzenpollen. Er viel dan ook zeer veel regen waardoor het pollen uit de lucht gespoeld is. Daarnaast zullen de meeste uitheemse elzen al weer uitgebloeid zijn. Normaal gesproken registreert het LUMC in december of januari maar gedurende een tot anderhalve week relatief hoge elzenpollenconcentraties. De hoogste pollenconcentratie die gemeten werd, was 89 pollen per kubieke meter lucht op 28 december 2011. Vanaf eerste kerstdag begon de concentratie al op te lopen. De periode tussen kerst en de 28ste was ook een van de droogste periodes in december waardoor de pollen de kans kregen om te vliegen.

Nog geen hazelaarpollen geteld
In de pollenval van het LUMC zijn nog geen hazelaarpollen aangetroffen. Dit ondanks het feit dat inmiddels in grote delen van het land de eerste hazelaars in bloei gezien worden. De eerste bloeimeldingen kwamen bij Natuurkalender.nl al binnen vanaf de tweede helft van december. Waarschijnlijk moeten meer struiken in bloei staan voordat het pollen in de val boven op het dak van het LUMC komt. In de pollenval wordt normaal gesproken maar relatief weinig hazelaarpollen aangetroffen.

Hooikoortsklachten nemen toe
Ondanks dat het aantal pollen dat in de pollenval werd aangetroffen nog heel laag was nam het gemiddelde hooikoortsklachtenniveau op Allergieradar.nl geleidelijk aan toe. Afgelopen week werd een gemiddelde maximale klachtenscore van 4,7 op een schaal van 1 (geen klachten) tot 10 (veel klachten) bereikt. Individuele scores liepen op tot de waarde 9. Het waren vooral de neusklachten die het hoogst scoorden. Lokaal kan op leefniveau de pollenconcentratie beduidend hoger zijn als er een of meer bloeiende elzen of hazelaars in de buurt staan. Door de klachtenscores van Allergieradar.nl te combineren met de pollentellingen en de bloeiwaarnemingen over meerdere jaren willen we meer kennis krijgen van hooikoorts in de winter en daarmee de hooikoortsverwachtingen verbeteren.

Bloei witte els (foto: Paul Busselen)

Zwarte en witte elzen komen in bloei
Nu de uitheemse over hun hoogtepunt heen is het wachten op de zwarte en witte elzen. De natuurverwachting van Natuurkalender.nl geeft aan dat we vanaf nu de komende weken steeds meer eerste bloeiwaarnemingen gaan krijgen van de witte en zwarte els. De ontwikkeling van de elzen ligt daarmee een maand voor op het schema van vijftig jaar geleden. Als er zich plotseling nog een flinke vorstperiode aandient dan zal de bloeidatum echter verder naar achteren schuiven. Maar de tiendaagse weersverwachting van het KNMI geeft aan dat na een korte periode met lichte vorst de maximum temperatuur al weer ruim boven de normaal uit zal komen.

Natuurverwachting planten van De Natuurkalender op donderdag 12 januari 2012. De kleuren geven aan welk percentage van het aantal eerste bloeiwaarnemingen naar verwachting zullen zijn doorgegeven via Natuurkalender.nl (bron: Natuurkalender.nl)
Tekst: Arnold van Vliet, Allergieradar.nl, De Natuurkalender, Wageningen University
Foto's: Paul Busselen, KU Leuven