Nieuw voor Overijssel: het Gagelmummiekelkje
Nederlandse Mycologische VerenigingBericht uitgegeven door de Nederlandse Mycologische Vereniging [land] op [publicatiedatum]
Achter Denekamp is de eerste vindplaats in Overijssel ontdekt van het zeer zelden gevonden Gagelmummiekelkje. Deze superspecialist leeft op overjarige mannelijke katjes van de Wilde gagel.
In de vroege lente staat rond deze tijd de Wilde gagel (Myrica gale) prachtig in bloei. Deze vrij zeldzame, aromatisch geurende struik vinden we op natte, zure, venige grond, op heidevelden, in moerasbossen en laagveenmoerassen. De Wilde gagel staat als gevoelig op de Rode Lijst van Nederlandse planten en is tweehuizig. Bij tweehuizige planten staan de mannelijke katjes op de ene en de vrouwelijke katjes op een andere struik.
Wie goede ogen heeft kan nu de Wilde gagel bloeit een klein schijfzwammetje vinden. Dit voorjaarspaddenstoeltje, het Gagelmummiekelkje (Ciboria acerina), wordt maximaal vier millimeter groot en groeit op de mannelijke katjes van de Gagel van het afgelopen jaar. Met enig geluk en doorzettingsvermogen vinden we deze mummiekelkjes op de vochtige grond onder de struiken, waar ze half onder de bladeren van de Wilde gagel van het vorig seizoen verborgen zitten.
Op woensdag 28 maart werd vlakbij de Duitse grens het Gagelmummiekelkje gevonden. De vindplaats ligt in een vochtig en rijk met Wilde gagel begroeid natuurgebied van Staatsbosbeheer in N-O Twente. Op de digitale verspreidingsatlas voor paddenstoelen zien we dat deze zeer zeldzame Ciboria na 1980 slechts van vier atlasblokken bekend is. Er zijn intussen nog twee vindplaatsen ontdekt. Maar het is wel de eerste vindplaats voor de provincie Overijssel!
Waarschijnlijk is het Gagelmummiekelkje op veel meer plaatsen te vinden. Dus wie het een uitdaging vindt: laarzen aan en zoeken maar.
Tekst en foto's: Marjon van der Vegte, Nederlandse Mycologische Vereniging