Overlast van wespen, maar welke soorten?
De NatuurkalenderBericht uitgegeven door De Natuurkalender op [publicatiedatum]
De verkoopcijfers van bestrijdingsmiddelen bieden interessante inzichten in de ontwikkeling van wespen door het jaar heen. Ze geven mede aan dat het wespenoverlastseizoen is begonnen. Van de verschillende wespensoorten zijn het vooral de Duitse wesp en gewone wesp die voor de overlast zorgen. De laatste jaren nemen de bergveldwesp en de Franse veldwesp toe. Ook de hoornaars nemen door heel Nederland toe nadat ze halverwege vorige eeuw vrijwel helemaal uit ons land verdwenen waren.
Afgelopen donderdag gaven we aan dat het overlastseizoen van de wespen is begonnen. We kwamen tot die conclusie omdat sinds begin juli de eerste waarnemingen van wespen op zoetigheid bij De Natuurkalender werden doorgegeven. Het moment dat wespen op zoek gaan naar zoetigheid is een teken dat het aantal larven in de nesten een maximum bereikt heeft en weer terug loopt. Een belangrijke aanwijzing was ook het bereiken van een piek in de verkoop van producten voor de bestrijding van wespennesten door de winkels van Boerenbond en Welkoop. De meeste mensen houden niet van wespen en zeker niet van wespennesten in hun omgeving. Het is dan ook waarschijnlijk dat de verkoopcijfers van bestrijdingsmiddelen tegen wespen een goede indicatie vormen voor de ontwikkeling van wespennesten in het jaar en ook voor het aantal. Hoe meer mensen wespennesten of wespen tegenkomen hoe meer vraag er naar dat soort producten zal zijn. Doordat Boerenbond en Welkoop meer dan tweehonderd vestigingen hebben door heel Nederland geven de cijfers een mooi landelijk beeld. Voor ons onderzoek naar de variatie in de ontwikkeling van wespen over de afgelopen jaren kregen we de beschikking over de wekelijkse landelijke verkoopcijfers van wespenbestrijdingsmiddelen.
In de onderstaande grafiek staat vanaf de eerste week van 2007 tot en met week 28 (week van maandag 11 juli) van dit jaar een overzicht van het aantal producten tegen wespennesten dat per week verkocht is (linker verticale as) en het aantal wespenvallen dat per week verkocht is (rechter verticale as). Uit de grafiek is duidelijk op te maken dat mensen in eerste instantie de wespennesten zien en daar vervolgens actie op ondernemen. De blauwe lijn gaat namelijk bij het verschijnen van de koninginnen in april sterk omhoog. Zodra de nesten groter worden en er meer werksters verschijnen ontdekken meer mensen de wespennesten. Pas na de eerste pieken in de verkoop van de poeders tegen wespennesten neemt ook de verkoop van wespenvallen toe. Dit jaar neemt de verkoop van wespenvallen sterk toe vanaf 4 juli, ook het moment waarop de eerste waarnemingen van wespen op zoetigheid doorgegeven werden.
Voor de meeste mensen is een wesp een wesp maar er komen in Nederland een aantal verschillende soorten voor. De soorten waar we het meest last van hebben rond deze tijd zijn de Duitse wesp en de gewone wesp. Deze soorten zijn onderling moeilijk van elkaar te onderscheiden. De werksters van de gewone wesp zijn elf tot veertien millimeter lang. De Duitse wespen kunnen iets langer worden maar dat is nauwelijks te zien. De Duitse wesp maakt haar nest vaak in de grond en maar af en toe in donkere holtes zoals de spouwmuren. Donkere holtes boven de grond zijn wel favoriet bij de gewone wesp. Van alle wespensoorten zijn de nesten van de Duitse en gewone wesp het grootst. In een nest op volle sterkte kunnen zich meer dan 5000 actieve wespen bevinden.
Als het eerste gedeelte van het achterlijf bruinachtig rood is dan hebben we te maken met de rode wesp. De rode wesp valt ons echter niet lastig op de terrasjes en is niet agressief. Ook de middelste wesp en de relatief kleine saksische wesp zijn vredelievend. Ze hebben echter de pech dat ze hun nesten ophangen zodat ze snel zichtbaar zijn en daardoor ook snel bestreden worden. Daar waar de nesten van de Duitse en gewone wesp respectievelijk twee en een meter groot kunnen worden zijn de nesten van de rode en Saksische wesp maximaal 25 centimeter groot.
In de afgelopen jaren zien we dat een paar wespensoorten zich in ons land uitbreiden. Dit zijn onder andere de warmteminnende bergveldwesp en de Franse veldwesp. Beide wespen kunnen steken maar zijn niet agressief. Een derde soort die zich uitbreidt is de hoornaar. De hoornaar is sinds de jaren vijftig van de vorige eeuw sterk achteruit gegaan. De laatste jaren is hij zich weer sterk aan het uitbreiden. In het oosten van het land is inmiddels een op de drie wespennesten die bij bestrijdingsdiensten gemeld wordt bewoond door hoornaars. Vanuit verschillende delen van het land melden bestrijdingsdiensten een toename van meldingen van hoornaarnesten. De werksters van hoornaars worden 18 tot 25 millimeter groot. Ze worden veel minder aangetrokken door zoetigheid dan de Duitse en gewone wesp maar als de aantallen toenemen zal het vaker voorkomen dat we ze op terrassen tegenkomen. Hoornaars zijn weinig agressief, maar hun gif bevat stoffen die extra pijn veroorzaken, terwijl de steken minder zwelling veroorzaken dan die van andere wespen.
Tekst: Arnold van Vliet, De Natuurkalender, Wageningen University
Foto's: Mark Zekhuis, Rutger Barendse, Frits Bink, Pieter van Breugel, Saxifraga