
Nederland telt massaal molshopen
ZoogdierverenigingWaar de afgelopen jaren de Mollentelling vaak gepaard ging met sneeuw, hoogwater en soms zelfs storm was het dit jaar koud en zonnig weer. Goede omstandigheden voor de tellers om op zoek te gaan naar molshopen.
Mollen op liefdespad
Het is niet toevallig dat deze telling in februari is. Dat is namelijk de start van het paarseizoen van de mol. De paartijd voor mollen is in de maanden februari, maart en april. De mannetjes gaan dan op zoek naar vrouwtjes om zich voort te planten – ze zijn niet bepaald loyaal aan één vrouwtje en paren met meerdere vrouwtjes. Mollen graven hun eigen gangenstelsel en willen normaal gesproken geen andere mollen in hun gangen, maar tijdens de paartijd maken de vrouwtjes een uitzondering voor het mannetje.
Wanneer de mannetjes op zoek gaan naar een vrouwtje leggen ze grote afstanden af. Dit doen ze dicht aan het oppervlak waardoor er zogenaamde ‘mollenritten’ ontstaan: een soort langgerekte molshopen. Hierdoor is de activiteit van mollen nu goed te zien en is het dus een perfecte periode voor een Mollentelling.
Resultaten Mollentelling
Ook dit jaar konden tellingen weer op verschillende manieren worden doorgegeven. Via de Tuintelling kon men de mollen(sporen) in de tuin doorgeven. Van de 777 deelnemers die hier meededen kwamen de meeste uit Gelderland, gevolgd door Noord-Brabant en Noord-Holland. Op de website van Tuintelling werden 20.400 molshopen gemeld. Sommige mensen zagen zelfs een levende of dode mol in hun tuin.
Alle waarnemingen buiten de tuin werden doorgegeven via Waarneming.nl. In totaal zijn er daar 6.216 tellingen doorgegeven. Bij sommige tellingen werd één molshoop gespot, bij andere tellingen tientallen of zelfs honderden. Er zijn in totaal meer dan vijftigduizend molshopen doorgegeven.
Extra veel molshopen?
Meerdere tellers gaven aan een stuk meer molshopen te zien dan vorig jaar. Uit de cijfers van de Mollentelling is dat niet te halen, omdat niet iedereen elk jaar op dezelfde plek en manier telt. Hierdoor kan alleen een verspreidingskaart gemaakt worden. Waarom zouden er deze periode meer molshopen kunnen zijn? Naast de paartijd die zorgt voor extra molshopen, is momenteel de grondwaterstand op sommige plekken vrij hoog. Dat kan ervoor zorgen dat sommige gangen van mollen te nat worden en ze hogerop een droog gangenstelsel graven. Dit leidt tot meer molshopen. Tenslotte heeft het weer ook invloed op het aantal molshopen. Als het heel koud is, kruipen de regenwormen dieper de grond in en graaft de mol zijn voedsel achterna, met meer molshopen als gevolg.
Samenleven met de mol
Hoe meer we leren over de mol, hoe beter we met de mol leren samenleven. De mol heeft een hele nuttige functie: hij zorgt met het gangenstelsel voor een goede beluchting van de grond en voor een betere drainage. Daarnaast eten mollen slakken en larven van (schadelijke) insecten. Een andere reden om de mol met rust te laten – en dus niet weg te vangen of te verjagen – is dat in veel gevallen een andere mol de lege plek zal innemen. Als je geduldig wacht tot een mol klaar is met het graven van zijn gangenstelsel, is de kans groot dat het daarna rustiger wordt qua aantal molshopen.
De Mollentelling wordt mede mogelijk gemaakt door de Nationale Databank Flora en Fauna en BIJ12. Hartelijk dank aan iedereen die afgelopen weekend meegedaan heeft!
Tekst: Neeltje Huizenga, Zoogdiervereniging
Foto's: Meineresterampe, Pixabay; Saskia Ruth, Zoogdiervereniging
Kaartje: Waarneming.nl