Bever

Het ondergrondse leven van de bever

Zoogdiervereniging
17-OKT-2024 - Het gaat goed met de bever in Nederland. Inmiddels leven er meer dan vijfduizend van deze grote knaagdieren in de Nederlandse wateren. Van Limburg tot in Groningen, van de Drents-Overijsselse delta tot de Hollandse Delta. Bevers hebben een intrigerende leefwijze, waarbij ze zowel in het water, boven en onder de grond leven.

Bevers komen voor in het overgangsgebied tussen land en water, zoals moerassen, beken, rivieren, sloten en meren. Zolang er maar water dat diep genoeg is en voldoende voedsel in de omgeving is. Hierbij zijn bomen en struiken bekend voedsel voor bevers, waarvan ze de bladeren, twijgen en bast eten. Maar ook grassen en (water)kruiden worden veel gegeten door bevers. Het zijn echte vegetariërs, en soms wagen ze zich zelfs aan landbouwgewassen in de buurt.

Gangenstelsels

Om droog en veilig te blijven, graven bevers holen in de grond en bouwen stelsels van tunnels in verhoogde stukken grond naast het water. Gangen kunnen meters diep zijn – soms wel twintig meter – en een stelsel kan meerdere verdiepingen hebben, om rekening te houden met verschillende waterstanden. Met het hele gezin wonen bevers in hun gangenstelsel. Eén voorkamer, net boven het water, gebruiken ze om zichzelf schoon en droog te maken. De hoger gelegen kamers worden gebruikt om in te slapen en ook de jongen worden gebaard en gezoogd in een van de kamers. Ze blijven de eerste weken ondergronds en krijgen, als de jongen eenmaal sterk genoeg zijn, hun eerste zwemlessen in de voorkamer. Daarna gaan ze naar buiten. De kinderen mogen nog twee tot drie jaar in het gezin blijven, maar op een gegeven moment gaan ze hun eigen leefgebied zoeken. Dat is nog geen simpele klus, want bevers zijn heel territoriaal en verdedigen hun territorium tegen buitenstaanders.

Harde werkers

Soms storten kamers in. Bevers repareren dit door het gat boven de grond te dichten met takken en modder. Zo ontstaat een burcht. Het vinden van beverholen is heel lastig, maar burchten zie je veel beter. Deze kunnen meters breed en hoog zijn. Bevers staan bekend als harde werkers en ze maken volop gebruik van hun omgeving. Hun (werk)sporen zijn vaak goed te spotten. Burchten en dammen in het water bijvoorbeeld, maar ook de 'potloodpunt' van een omgeknaagde boom is gemakkelijk te herkennen. Bomen worden door bevers omgeknaagd,= zodat ze makkelijker bij de takken en bladeren kunnen. In sommige gevallen laten ze de boom liggen, of ze gebruiken de stam om hun dam of burcht mee te bouwen.

Bevers starten met graven onder water. Ze graven omhoog totdat ze boven de grondwaterstand uitkomen. Soms start het dak in en repareren bevers dit door het gat boven de grond te dichten met takken en modder. Zo ontstaat een burcht

Het bouwen van dammen is uniek voor bevers, en ze doen dit niet zomaar. De voornaamste reden om een dam te bouwen, is om het waterpeil voor het hol te verhogen, maar ook om meer land onder water te zetten en zo hun leefgebied te vergroten. Een dam wordt gebouwd van materialen die aanwezig zijn, zoals takken, modder en stenen. Bevers hebben bij voorkeur ongeveer een meter water voor hun hol. Op deze manier hebben ze een buffer als het droger wordt in de zomer, en bevriest het minder snel voor hun hol in de winter.

Deze dam is gebouwd door een beverfamilie

De impact van bevers

De Nederlandse delta, met haar mooie uiterwaarden, rivieren en beken, is perfect leefgebied voor bevers. Bevers hebben vaak een positieve impact op hun omgeving. Zo leveren omgeknaagde bomen dood hout, wat zorgt voor voedsel voor het bodemleven, insecten, vogels en vele andere soorten. Beverdammen houden water vast waardoor droogte wordt verminderd, en ze creëren tegelijkertijd een soort mini-ecosysteem voor een scala aan dier- en plantensoorten die in en rondom het water leven. Naast het verhogen van de lokale biodiversiteit, biedt een beverdam schuilmogelijkheden voor vissen en heeft onderzoek zelfs aangetoond dat dammen het water kunnen zuiveren.

Soms moet een beverhol worden uitgegraven met groot materieel, bijvoorbeeld als een beverhol wordt aangetroffen in een dijk.Bevers hebben zich goed aangepast aan de natte Nederlandse omgeving. Hoewel ze een positieve impact kunnen hebben op de natuur, kan hun gegraaf en geknaag ook voor onveilige situaties zorgen. Afgeknaagde bomen kunnen op het spoor of op de weg terecht komen, of agrarische gebieden komen onder water te staan door beverdammen. Er worden ook regelmatig beverholen gevonden in (spoor)dijken, waardoor deze instabieler kunnen worden. Als daar niet tijdig bij wordt ingegrepen, kan het mis gaan.

Gelukkig is duurzaam samenleven met de bever goed mogelijk. Hierbij is het belangrijk om ter plekke te kijken wat de situatie is, en te 'denken vanuit de bever'. Door te kijken naar waar een hol ligt en waarom een gebied aantrekkelijk is voor een bever en hun ecologie en gedrag in gedachten te houden, kan een oplossing worden bedacht en toekomstige schade worden voorkomen. De bever is een beschermde diersoort, er moet zorgvuldig mee worden omgegaan.

Meer informatie

Tekst: Marloes Leeflang, Zoogdiervereniging
Foto's: Edwin Giesbers; Cindy de Jong; Waterschap Rivierenland
Illustratie: Dick Klees