Levende potgrond, levend veen
Stichting BargerveenIn de tuinbouw wordt nog steeds veel potgrond op basis van veen gebruikt. Traditionele potgrond wordt gemaakt met turf omdat het water en voedingsstoffenontzettend goed kan vasthouden, en omdat het schoon en zuur is.
Op zoek naar alternatieven voor veen
Voor de turf moeten echter veengebieden in het buitenland worden afgegraven en dat leidt tot grote ecologische schade en veel uitstoot van broeikasgassen. Om het gebruik van veen terug te dringen, wordt druk gezocht naar duurzame alternatieve grondstoffen voor potgrond. Een optie hiervoor is gebruik van lisdodde. Dit is een gewas dat kan worden geteeld op natte veengronden, waardoor nu nog gedraineerde veenbodems – zoals de veenweidegebieden in Nederland – onder water kunnen worden gezet. Daardoor wordt verdere veenafbraak tegengegaan. Tegelijkertijd kan er agrarische activiteit (paludicultuur) blijven bestaan. Potgrond gemaakt van lisdodde beschermt veen op twee manieren: bij de teelt van lisdodde worden veenbodems onder water gezet, en in het buitenland hoeft geen turf meer te worden afgegraven.
Kasproeven met slateelt
In de kassen van de Radboud Universiteit voerde Stichting Bargerveen proeven uit. Slateelt op veenvrije substraten met lisdodde werd vergeleken met gangbare potgrond op basis van veen. Hiertoe werden slaplanten gedurende vier weken op de verschillende substraten gekweekt en werden de kieming en groei vergeleken. De resultaten voor de substraten op basis van gefermenteerde lisdodde zijn veelbelovend. Ze wijzen erop dat de kieming van slazaden op de nieuwe potgrond soms achterblijft, maar de groei van slaplanten lijkt vergelijkbaar of zelfs beter dan die op klassieke potgrond van turf.
Effecten van bodemverbeteraars
Stichting Bargerveen voert ook een andere proef uit, in de volle grond naast de kassen. Hier worden de effecten van verschillende bodemverbeteraars op de bodem en biodiversiteit onderzocht. Net als bij potgrondproductie wordt voor de productie van bodemverbeteraars veel turf gebruikt. In deze proef worden veenvrije bodemverbeteraars zoals bokashi en gefermenteerde lisdodde vergeleken met bodemverbeteraars op basis van veen. Deze proef loopt twee jaar om de invloed op de bodembiodiversiteit over een langere periode te onderzoeken. Daarnaast worden ook de gewasbiomassa (grassen en kruiden) en de gehaltes aan organische stof en voedingsstoffen in de bodem onderzocht.
Meer informatie
- In de editie van oktober 2022 van het Vakblad Natuur Bos Landschap is een uitgebreid artikel gepubliceerd over paludicultuur en het gebruik van lisdodde als grondstof voor potgrond.
- De proeven worden uitgevoerd binnen het project Paludi & Markt in het kader van het Interreg VI programma Interreg Deutschland-Nederland en worden medegefinancierd door de Europese Unie, het Nederlandse ministerie van Economische Zaken (EZK), MB Niedersachsen, alsmede de provincies Fryslân, Drenthe en Gelderland.
Tekst: Mirjam Schibler, Gert-Jan van Duinen en Koen Brouwer, Stichting Bargerveen
Foto’s: Koen Brouwer (leadfoto: Sla op gangbare potgrond en veenvrije substraten met lisdodde) en Mirjam Schibler, Stichting Bargerveen