Natuurjournaal 26 maart 2024
Nature TodayNadat groenlingen in de herfst en winter een beetje hebben rondgezworven in Nederland of ietsje naar het zuiden, zoeken ze nu weer plekken op om te broeden. Herkennen is makkelijk: het zijn vrij plompe vinken met – natuurlijk – veel groen. Als ze vliegen, zie je ook geel in de vleugel en staart. Vrouwtjes zijn veel bruiner maar hebben wel een lichtgroene zweem over de buik. Dat het broedseizoen is begonnen, hoor je ook aan het gezang van de groenling. Dat is een grappige combinatie van volle, fluitende trillers met een nasale kreet ertussendoor: tsjwrèèèèè. Als je dat eenmaal hebt gehoord, herken je het overal. Groenlingen zijn dol op bosjes en broeden in dicht struikgewas. Sommige beginnen daar nu al met het eerste nest, andere in de loop van het voorjaar. Er volgt meestal een tweede nest later in het voorjaar of de zomer.
Zie je deze dagen een dikke zwarte hommel met een rode achterlijfpunt rondvliegen? Dikke kans dat het een koningin steenhommel is (ook al zijn er een paar andere hommels die op haar lijken). Steenhommels hebben een vrij korte tong en kunnen dus geen nectar drinken uit diepe bloemen. Gelukkig zijn er nu volop bloesems, dovenetels en wilgenkatjes die ze kunnen bezoeken en er beginnen ook steeds meer paardenbloemen te bloeien. Als je iets wil doen om bijen en andere insecten te helpen, moet je vooral paardenbloemen laten staan! Steenhommels komen voor in tuinen en open landschappen, ook veel aan de kust. Zelfs met een stevige wind kun je nog steenhommels zien rondvliegen. Later in het jaar bezoeken ze in weilanden en bermen veel klaverbloemen. Maar alleen witte klaver, bij rode klaver is de bloembuis te diep.
Tekst: Nienke Lameris, Nature Today
Foto's: Hennie Cuper, Flickr; Gertjan van Noord, Flickr