Natuurjournaal 9 november 2023
Nature TodayGisteren hadden we het over de plaatstrouwe boomklever, die het hele jaar in zijn eigen territorium blijft. Ook de kuifmees is zo’n huismus die zijn eigen bos nauwelijks uitkomt. Alleen de jonge kuifmezen zijn wat zwerflustiger. Na de zomer vormen ze kleine groepjes, die ook wel optrekken in de bendes van andere mezensoorten. Zo zwerven ze wat rond in de winter en kan je dus wel eens een kuifmees tegenkomen buiten de geijkte plekken. Dat zijn bossen met naaldbomen op de zandgronden, met de Veluwe als kerngebied. Je herkent de kuifmees natuurlijk aan z’n kuifje – dat soms plat op de kop ligt – het zwart-witte gezicht en de bibberende, luidruchtige mezenroep.
Nog een liefhebber van dennenbossen is de levermelkzwam. Dit is een wat ‘latere’ herfstpaddenstoel die nu nog veel boven de grond komt. Hij hoort bij de melkzwammen, waaruit bij beschadiging een melkachtig sap stroomt. De levermelkzwam herken je verder aan de bruine kleur, die is kastanjebruin tot leverbruin. De hoed is in het begin bol, maar gaat daarna verder uitstaan een heeft vaak een deukje in het midden. De paddenstoel werkt in de bodem samen met de dennen – met een ectomycorrhiza – en komt dus alleen bij dennen voor. Vaak groeien ze in een dikke laag strooisel van dennennaalden. Er zijn veel soorten melkzwammen. Als je de levermelkzwam niet lekker vindt klinken, kan je misschien beter op zoek gaan naar de kokosmelkzwam.
Tekst: Nienke Lameris, Nature Today
Foto's: Darren Tennant, Flickr; Musroom Observer, Wikimedia Commons