Natuurjournaal 4 oktober 2023
Nature TodayDierendag is een mooi moment om kennis te maken met een dier dat je nog niet kent. De slakrups bijvoorbeeld. Dat is geen slak, wel een rups, en dus eigenlijk een vlinder. En wel een heel kleine nachtvlinder die tijdens zomernachten rond de takken van loofbomen fladdert. Het is niet zo gek dat de vlinder is genoemd naar de rups, want die is veel opvallender. De rupsen eten blad van loofbomen, vooral eik. Rond deze tijd kan je ze tegenkomen in een boom, en ze vallen ook wel eens met het blad op de grond. Het zijn kleine, pootloze rupsen, plat en breed als een slakje. Maar dan wel opvallend groen met twee gele lengtestrepen en daarlangs piepkleine roze vlekjes. Hun kop houden ze meestal ingetrokken. In de herfst maken ze een cocon aan de onderkant van een blaadje, daarin waaien ze van de boom en overwinteren op de grond. Pas tegen de zomer kruipen daaruit de slakrupsvlinders.
Als je nu kleine, lichtrode besjes verstopt in een heg ziet zitten, gaat het vast om een taxus. Deze inheemse naaldboom valt je gewoonlijk misschien niet zo op, toch wordt hij vaak als haagplant gebruikt. De bessen zijn nu rijp – maar het zijn eigenlijk geen echte bessen. Schijnbessen heten ze, en als je goed kijkt kan je er grote zaadjes in zien zitten. De zaden (en de takken) zijn giftig, maar die nepbesjes niet. Ze worden gegeten door vogels, die het zaad niet verteren en het weer uitpoepen. Zo hebben ze ook geen last van het gif. Zie je nu een taxus zonder bessen? Dat is een mannelijke plant, ze zijn namelijk tweehuizig. Dat betekent dat aan een individuele plant alleen maar mannelijke óf vrouwelijke bloemen groeien.
Tekst: Nienke Lameris, Nature Today
Foto’s: Frits Bink, Saxifraga; AnRo0002, Wikimedia Commons