Natuurjournaal 26 juli 2023
Nature TodayEr zijn vroegbloeiers en laatbloeiers. Tot de laatbloeiers behoort de Perzische slaapboom, een exoot afkomstig uit Azië. In onze streken is het een park- of tuinboom. Hij behoort tot de vlinderbloemenfamilie en heet ook wel zijdeboom of zijdeacacia. Dat ‘slaapboom’ heeft hij te danken aan het feit dat de bladeren zich ’s avonds dichtvouwen en gaan ‘slapen’. In China wordt hij gezien als een boom die verdriet verzacht en geluk brengt. Half mei verschijnen de eerste donkergroene, dubbel even geveerde bladeren, tot wel veertig centimeter. lang. En dan duurt het een tijdje voor de bloemen komen. De eerste slaapbomen bloeien inmiddels al. De bloei bestaat uit hoofdjes met een dikke tros lange paars-roze zijdeachtige meeldraden die langer zijn dan de kroonbladen. Net als een poederkwast, vandaar de Engelse naam powder puff tree. Echte juweeltjes! Je hebt nog wel enige tijd om er een te gaan zoeken en dan te bekijken, ze bloeien soms wel tot in oktober.
Steenmarters staan bekend als handige rovers, die graag een ei, vogel of muis verorberen. Maar in de zomer worden het zoetekauwen. Zodra ze rijp zijn, eten ze veel vruchten zoals bramen en kersen, en later ook peren en appels. Ook bessen lusten ze, bijvoorbeeld die van vogelkers of zwarte nachtschade. De steenmarter zelf kun je bij toeval ’s avonds laat of ’s ochtends vroeg tegenkomen, bijvoorbeeld wanneer ze snel de weg oversteken. Maar de sporen van deze snoepkous zie je vaker, want ze leggen hun drollen vaak op een opvallende plek langs hun vaste routes. Uitwerpselen van steenmarters zijn ongeveer een centimeter dik en acht tot tien centimeter lang. Ze zijn meestal gedraaid of zien er een beetje uit als een vlecht. 's Winters zitten ze vol muizenhaar en nu zitten die donkere drolletjes vol pitten en schilletjes van het fruit.
Tekst: Mike Hirschler, IVN Nienke Lameris, Nature Today
Foto’s: Mike Hirschler, IVN; Rudmer Zwerver, Saxifraga