Glazenmakertijd
De VlinderstichtingAlleen de namen als glazenmaker en paardenbijter zijn al boeiend. Dan ook nog hun grootte, hun vliegkunsten en de fabeltjes dat ze kunnen steken, maken deze grote libellen tot misschien niet populaire, maar wel bekende insecten. Eerst even over die namen. De libellen zijn in twee groepen te verdelen en de glazenmakers horen tot de groep van de zogenaamde ‘echte’ libellen. Deze houden hun vleugels uitgespreid. De glazenmakers vroeger (en dan bedoel ik mensen met het vak glazenmaker) droegen het glas dat ze in de vensters moesten aanbrengen op hun rug. Daarbij stak vaak aan beide kanten een flink stuk glas uit en de overeenkomst is duidelijk. De paardenbijter heeft ook een heel logische naam. Je ziet ze vaak rondom vee en je ziet ze ook daadwerkelijk ‘aanvallen’ uitvoeren op die dieren. Maar in werkelijkheid zijn ze op zoek naar voedsel en pakken ze de dazen en andere insecten van het vee. Paarden zijn dolblij met deze bijters.
We kennen in Nederland acht soorten glazenmakers. Drie daarvan zijn algemeen en met name nu tot ver in augustus goed waar te nemen: de bruine glazenmaker, de paardenbijter en de blauwe glazenmaker. Voor deze soorten hoef je geen lange trektochten te houden door natuurgebieden. Ze komen ook voor in stedelijk groen en twee soorten zelfs ook veel in tuinen, zeker als daar een vijver is. De bruine glazenmaker, die zijn naam eer aandoet, heeft niet alleen een bruin lijf, maar ook de vleugels hebben die kleur. Deze vind je niet zoveel in tuinen, maar vooral bij grotere wateren en langs bosranden. Dat is ook de plek waar de paardenbijter erg talrijk kan zijn. Een mooie zonbeschenen bosrand kan zo vijftien of nog veel meer paardenbijters opleveren die daar op jacht zijn naar insecten. De paardenbijter, de kleinste van onze glazenmakers, komt ook in tuinen voor, maar er is ook een echte ‘tuinglazenmaker’, namelijk de blauwe. Deze heeft een wat verwarrende naam, want de mannetjes zijn blauw met groen en de vrouwtjes zelfs helemaal groen.
De blauwe glazenmaker komt niet alleen jagen in tuinen, maar kan zich ook voortplanten in kleine tuinvijvertjes. De larven blijven daar een paar jaar om zich te ontwikkelen en dan kun je de verse blauwe glazenmakers vanuit je tuinstoel uit zien sluipen in de rand van je vijver.
Voor de glazenmakers is een herkenningskaart (pdf: 0,7 MB) gemaakt die je hier gratis kunt downloaden.
Wil je meer weten over libellen en hoe je ze kunt herkennen? Er zijn online cursussen waarin libellenexperts Gerdien Bos en Roy van Grunsven van De Vlinderstichting je haarfijn uitleggen hoe libellen leven, waar je ze kunt vinden en hoe je ze op naam kunt brengen.
Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting (leadfoto: paardenbijter)
Kaartjes: NDFF