Natuurjournaal 30 mei 2023

De paartijd zit erop voor de adder. En dat betekent: honger! Sinds oktober, toen ze begonnen aan de winterslaap, hebben ze namelijk niet gegeten. Nu is het tijd om op jacht te gaan. Ze eten vooral muizen. Een beetje verscholen wacht de adder heel geduldig, tot er eentje langsloopt. Dan slaat hij toe met een snelle beet. De muis loopt nog even door, maar bezwijkt al snel aan het gif. Al ruikend met zijn tong speurt de adder de vangst op. Het verteren van zo’n prooi kost tijd, volwassen adders eten niet meer dan tien muizen per jaar.

Het voorjaar en de zomer brengen damherten in aparte roedels door. Vrijgezellenclubs van de herten, en kleine groepjes van hindes met hun jongen van vorig jaar. Ook worden nu tot in de zomer de nieuwe kalfjes geboren. Intussen hebben de herten hun oude gewei afgeworpen. Het nieuwe gewei begint al te groeien en ziet er nu uit als twee zachte handvatten op hun kop. Damherten zijn groter dan reeën, maar kleiner dan edelherten. Vaak met witte stippen, maar niet altijd. Dan herken je ze aan de lange staart met zwarte streep. Er leven grote groepen op de Veluwe, in de Kennemerduinen en op Schouwen-Duiveland en ook wel op Walcheren, in Flevoland en op de Utrechtse Heuvelrug. Maar in het hele land zijn kleine groepjes te vinden die ooit zijn ontsnapt uit hertenkampen.

Tekst: Nienke Lameris, NatureToday.nl
Foto’s: Jan Nijendijk, Saxifraga; Mirjam Akkerman, Waarneming.nl