Maar er zijn er van alle kanten bedreigingen. Hoog tijd om het zeegras te beschermen en de zee te laten verwilderen. Waarom dat hard nodig is, vertellen universitair hoofddocent mariene ecologie Marjolijn Christianen en promovendus Fee Smulders. Marjolijn onderzoekt hoe en waar kustecosystemen opnieuw kunnen verwilderen en Fee bestudeert tropische zeegrasecosystemen. Samen doen ze al jarenlang onderzoek naar zeegrasgebieden in onder andere het Caraïbisch gebied, en naar de gevaren die de zeegrasvelden bedreigen.
“Zeegras is een bijzondere plant, die eerst op land leefde en toen terug de zee in evolueerde,” legt Fee Smulders uit. “Een zeegrasveld kun je zien als gewoon grasveld, maar dan met scheuten met bladeren eraan. Er zijn zo’n zestig verschillende soorten, met een bladlengte die varieert van een paar centimeter tot wel zes meter. Er leven veel vissoorten tussen. Voor sommige, zoals baarzen en de stoplichtpapegaaivis, is het een kraamkamer. Ze groeien er op en vertrekken richting het koraal als ze volwassen zijn. Andere soorten, zoals zeepaardjes, wonen er permanent. De biodiversiteit is enorm.”
Maar niet alleen dat. Zeegrasvelden zijn ontzettend belangrijk als opslaggebied voor koolstof, waarmee klimaatverandering kan worden tegengegaan. “Het aanplanten van bomen wordt altijd als voorbeeld gegeven als manier om koolstof vast te houden,” zegt Marjolijn Christianen. “Maar planten in zee doen dat nog veel efficiënter en sneller. Per vierkante meter kunnen zeegrasvelden tot tweemaal zoveel koolstof opslaan als gematigde en tropische bossen.”
Een zeegrasveld voor de kust van Bonaire (Bron: WUR)
Algen verstikken zeegras
Zeegras komt over de hele wereld voor, maar dat wordt steeds minder. Vroeger groeide het zelfs in de Waddenzee. Daar is het verdwenen door een ziekte en de aanleg van de Afsluitdijk. In onder andere de Middellandse zee en in de tropen worden zeegrassen van verschillende kanten bedreigd. Bijvoorbeeld door rioolwater, grond en meststoffen van land die in zee terechtkomen, zegt Christianen. “Door klimaatverandering zijn er meer zware stormen en heftige regenbuien. Het voedselrijke water dat wordt meegevoerd de zee in, zorgt voor algengroei. Daardoor krijgt zeegras minder licht en sterft het af.”
Tegelijkertijd wordt er langs de kust gebouwd. De aanleg van onder andere havens woelt de bodem om, met hetzelfde effect. Smulders: “En wat bij de Malediven bijvoorbeeld veel gebeurde, is dat zeegras door hotels werd weggehaald omdat toeristen niet met hun tenen tussen het zeegras wilden staan. Daarmee creëerden die hotels hun eigen probleem, want als zeegras geen zand meer vasthoudt, verlies je je strand. Op termijn misschien zelf de fundering onder je hotel. Dat zie je op Bonaire ook gebeuren. Daar zinken surfhuts soms half in zee.”
Bedreiging uit onverwachte hoek
Een andere grote bedreiging van zeegras ligt veel minder voor de hand. Het is de zeeschildpad, die het dankzij allerlei beschermingsprojecten juist weer steeds beter doet. Dat door lokale initiatieven als nestbescherming het aantal zeeschildpadden weer toeneemt, is natuurlijk geweldig. “Het is ook een bewijs dat mensen een ommekeer kunnen bewerkstelligen,” zegt Christianen.
Maar zeeschildpadden eten voornamelijk zeegras. Gebieden met weinig zeegras lijden steeds meer onder graasgedrag van de dieren. “Zodanig dat het systeem zichzelf niet meer kan herstellen. Het is een negatieve spiraal, waarin schildpadden hun eigen habitat om zeep helpen. We hebben filmmateriaal waarop we soms wel dertig schildpadden per hectare zien boven de zeegrasvelden. Met hun graasgedrag beschadigen ze de structuur van zeegras.”
Dat is nu zichtbaar bij de Bahama’s en Bermuda. “Bij Bermuda was een enorm veld dat overbegraasd raakte,” vertelt Smulders. “We hebben als experiment een kooi over een stuk van de bodem gezet zodat de schildpadden er niet bij konden. Toen bleek dat het gras door de schade bijna niet meer terug groeide. Uiteindelijk gebeurt dat wel, maar dan ben je tientallen jaren verder. In de tussentijd zijn de schildpadden daar uitgehongerd door gebrek aan voedsel.”
Zeeschildpadden als vloggers
Door te onderzoeken wat de impact is van hevige begrazing, kan je zien wat de risico’s voor het hele ecosysteem zijn als het zeegras niet op tijd beschermd wordt. Recent is een aantal schildpadden daarom uitgerust met tijdelijke camera’s om zicht te krijgen op hun graasgedrag. Die zijn op hun schild geplakt en lieten na een aantal uur weer los, waarna ze werden opgepikt en de data werd geanalyseerd. Christianen: “Zo onderzoeken we wat een zeeschildpad precies eet, welke keuzes hij maakt, op welk moment van de dag hij eet, en wat zijn interactie is met andere dieren in de zeegrasvelden. We denken dat de gezondheid van ecosystemen is af te lezen uit dit gedrag. Alleen is dat nog niet eerder onderzocht. Camerasystemen zijn heel geavanceerd. Je kunt er ontzettend veel onderzoeksvragen mee beantwoorden. Binnenkort wordt dit onderzoek ook toegepast op zeekoeien. Een aantal van hen wordt uitgerust met een tijdelijke camera. Vloggende zeekoeien, zijn ze al genoemd.”
Ook het terugbrengen van predatoren is onderdeel van het in balans brengen van de ecosystemen die worden bedreigd door overijverige schildpadden. Zoals de tijgerhaai. Haaien beïnvloeden het gedrag van schildpadden, het zogenoemde angsteffect. “Hoewel haaien vooral zijn gefixeerd op zieke en oude dieren, is het angsteffect dat ze hebben groot,” zegt Smulders. “Dat is ook belangrijk om uit te leggen aan schildpadliefhebbers: het doel is niet dat de haaien veel schildpadden opeten, maar dat ze helpen een natuurlijke interactie terug te brengen. In plaats van dat schildpadden op hun gemak boven een zeegrasveld rondzwemmen en het gras wegmaaien, nemen ze hier en daar een hapje, omdat ze alert blijven op de haai. Geen kaalslag meer, waardoor het zeegras zich beter kan herstellen.”
Wat eten zeeschildpadden, wanneer en waar? Deze schildpad helpt de onderzoekers door te ‘vloggen’ (Bron: WUR)
Ruimte voor verwildering
Bij herstel moet je dus naar het hele systeem kijken, niet alleen naar één soort. Het is een delicate balans. En er is rust voor de natuur nodig om natuurlijke processen terug te brengen, en zichzelf te ontwikkelen. “Dat kun je beschouwen als een passieve vorm van rewilding,” zegt Christianen. “Je zet bijvoorbeeld geen haaien uit in zee, maar creëert de juiste omstandigheden waardoor de soort vanzelf terugkeert. Met zo’n proces van verwilderen moeten natuurlijke processen worden teruggebracht.”
Dat bodemrust goed werkt als natuur de ruimte krijgt, is goed te zien aan een project met zeegras veel dichter bij huis. Collega’s van de Rijksuniversiteit Groningen en het NIOZ (Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee) zijn bezig met de herintroductie van zeegras in de luwte van het vogeleiland Griend in de Waddenzee. Christianen: “Ze zijn daar begonnen met het injecteren van zaden. Binnen enkele jaren is dat project uitgegroeid van een plot van een paar vierkante meter naar een gebied van 650 hectare met zeegras. Ook is de biodiversiteit in die vier jaar tijd toegenomen met 32 procent. Eigenlijk best snel. Zo zie je wat bodemrust kan doen. Je beschermt iets op een kansrijke plaats, en dan herstelt het zich vaak vanzelf.”
Erken de waarde van zeegras
“Bewustwording van het belang van deze ecosystemen is goed. Dan gaan regeringen erover praten en komt er geld voor,” zegt Christianen. “En bij alle projecten en bedreigingen die er zijn, zoals teveel voedingsstoffen in zee, moet worden nagedacht over het effect ervan op zeegras. Daarom moeten we meer in kaart brengen waar zeegras precies groeit, wat het nodig heeft om weer te herstellen, en waar rewilding de meeste potentie heeft.”
Dat is niet altijd bekend, want zeegras staat nog niet zo heel lang in de aandacht. Pas in de jaren 70 begonnen de eerste studies naar zeegrasecologie. “Het is ook veel lastiger om onderzoek in zee te doen dan op land, en daarom lopen we achter,” legt Smulders uit. “Je hebt een boot nodig, je moet duiken en spullen werken onder water lastiger.” Toch komt er langzaam maar zeker meer erkenning voor de waarde van zeegras. Zo is het vandaag, op 1 maart 2023 voor het eerst World Seagrass Day, de internationale dag van het zeegras, ondersteund door de Verenigde Naties.
Een stap in de goede richting zijn ook de afspraken die zijn gemaakt tijdens de COP15, een conferentie over biodiversiteit die in december 2022 in Canada werd gehouden. Daarin is vastgelegd dat per 2030 dertig procent van het land én dertig procent van de zee wordt beschermd door ze volledig met rust te laten. Dat is een behoorlijk verschil, want op dit moment is ongeveer zeventien procent van het land en ongeveer acht procent van de oceanen beschermd. “Dat is veelbelovend,” zegt Christianen. “Al moet nog wel worden bekeken welke gebieden moeten worden uitgekozen voor een maximale kans van slagen.”
Mensen beschermen waar ze van houden
Ook buiten de gebieden die straks onder de 30/30-maatregel zullen vallen is met kleine ingrepen soms al veel te bereiken. Christianen: “Leer mensen dat het positief is om zeegras te zien bij het zwemmen in zee. En om de ankers van bootjes niet in zeegrasvelden neer te laten, zoals ook al boven koraal niet meer gebeurt. Die ankers trekken de wortels van zeegras stuk, waarmee de opgeslagen koolstof weer vrijkomt. Het zijn simpele dingen. Niet zo moeilijk te implementeren.”
Mensen beschermen waar ze van houden, zei Jacques-Yves Cousteau al. “Daarom hebben we tropische zeegrassen naar Nederland gehaald. Niet alleen voor wetenschappelijk onderzoek in de kassen van Wageningen University & Research. We hebben ook zeegrassen geplant in dierentuin Burgers’ Zoo in Arnhem. Zodat iedereen de kans krijgt om de weelderige zeegrassen in het echt te zien, naast mangroven en zeekoeien. Zo’n kennismaking vergroot het bewustzijn, een belangrijke eerste stap bij bescherming.”
“Door concreet aan te geven hoe we zeegras kunnen beschermen, krijgen mensen het gevoel iets te kunnen doen,” zegt Christianen. “Dat helpt tegen het gevoel van onmacht, en we weten dat het ondernemen van plaatselijke actie de impact van klimaatverandering op ecosystemen ook echt kan tegengaan. Door gebouwen aan te sluiten op de riolering, om uitspoeling in zee te voorkomen, bijvoorbeeld. Dan verzwakt het zeegras niet, kan het klimaatverandering beter aan en blijft het koolstof opnemen. Het is een soort zelfversterkend effect.”
En het is nog niet te laat. De gevolgen van de aanwezigheid van de mens op land zijn groter dan de gevolgen in zee. “Daar is de situatie nog niet zo achteruitgegaan als op het land. Er liggen ook meer kansen,” stelt Christianen. “We kunnen nog veel voorkomen en er is nog veel te winnen.”
Tekst: Wageningen University & Research
Foto's: Greg Grimes, Flickr (leadfoto: zeegras in de Bahama's); Casper Douma, Saxifraga; Dave Herholz, Flickr; Marjolijn Christianen
Video: Fee Smulders, Wageningen Environmental Research