Kurkdroog, maar toch paddenstoelen
Nederlandse Mycologische VerenigingDe landelijk vrij zeldzame Kleverige knolamaniet is niet zeldzaam in de Staatsbossen van Schoorl. Meestal worden ze waargenomen in gemengde bosjes van berken met dennen, waarmee ze in symbiose leven. De locatie waar de paddenstoelen nu werden gevonden, bevindt zich vlak bij bosbuffet De Berenkuil en is een bekende vindplaats voor deze zeldzame soort. Rondom deze wat lager gelegen locatie bevinden zich duinen die waarschijnlijk gezorgd hebben dat er ondanks de droogte toch nog genoeg kwelvocht aanwezig was voor de Kleverige knolamanieten. Er zijn meer van deze locaties in de bossen van Schoorl, die bekend staan vanwege het voorkomen van de Kleverige knolamaniet. Ze worden ook wel bij beuken en eiken waargenomen, maar dan vooral aan de duinrand.
Verraderlijk giftig
Deze reeds vroeg in de zomer verschijnende soort behoort tot de giftigste paddenstoelen van Europa. Ook in Nederland zijn ernstige vergiftigingen bekend, veroorzaakt door het nuttigen van de Kleverige knolamaniet. In Engeland wordt hij niet voor niets Destroying Angel genoemd. En de wetenschappelijke soortnaam Virosa betekent 'de giftige.' Hoe onschuldig klinkt dan de Nederlandse naam. Volgens gerenommeerde paddenstoeleneters is vooral de witte kleur van de Kleverige knolamaniet de veroorzaker van het aantal vergiftigingen. Eetbare Champignons zijn ook overwegend wit en groeien vaak in clusters van verschillende exemplaren. Als hier de Kleverige knolamaniet tussen staat, pluk je deze ongemerkt mee met de champignons, zo het mandje in. De geur en smaak van het witte vlees zijn verraderlijk mild, maar een paar exemplaren bevatten genoeg gif om een heel gezin te doden.
Herkenning
Toch is de Kleverige knolamaniet gemakkelijk te herkennen. De in alle onderdelen witte Kleverige knolamaniet heeft een asymmetrisch geplaatste kegel of klokvormige hoed. Alleen de witte lamellen onderaan de hoed kleuren enigzins crème door de ontwikkeling van de crèmekleurige sporen. Bij vochtig weer is de hoed kleverig, bij droog weer glad. De naar verhouding vrij dunne en vaak enigzins gekromde steel bezit een tijdelijke vergankelijke ring, waardoor de steel meestal is behangen met witte vlokken. Onderaan de steel heeft de Kleverige knolamaniet een beurs met een twee tot vier centimeter dikke knol.
Gifstoffen
De Kleverige knolamaniet bevat een heel scala aan gifstoffen, maar de grote boosdoener is alfa-amanitine. Dit gif komt ook voor in tal van andere paddenstoelen van de geslachten Parasolzwammen, Breeksteeltjes en Mosklokjes. Omdat deze soorten bijna nooit verward worden met veel gezochte eetbare soorten, zijn hier echter nauwelijks vergiftigingsgevallen van bekend.
Als het consumeren van Kleverige knolamanieten onverhoopt toch gebeurt, wordt daar de eerst tien tot twintig uur niks van gemerkt. Daarna openbaren de eerste vergiftigingsverschijnselen zich. Omdat de gifstoffen na zo'n lange periode het maagdarmkanaal reeds lang hebben gepasseerd, is de kans op genezing aanzienlijk verkleind.
Tekst en foto's: Martijn Oud, Nederlandse Mycologische Vereniging
Kaart: NDFF